en alle gedoogplekken worden gelegaliseerd.
In het verre verleden waren er namelijk diver
se bouwprojecten stilletjes door de mazen van
de wet geglipt en ontstond er een ingewikkel
de gedoogsituatie. Met het generaal pardon
komt er een eind aan het gedogen. Vanaf nu
wordt alles onder vergunning gebracht en zal
het waterschap er nauwgezet op letten dat er
alleen met vergunning wordt gebouwd in de
aangewezen zones van de waterkering.
Wordt er toch nog illegaal gebouwd, dan zal
het waterschap eerst trachten via de weg van
goed overleg de nieuwe illegale bouw alsnog
onder vergunning te brengen. Lukt dat niet,
dan moet die via bestuursdwang worden
opgeruimd. Een geval apart zijn de strandpa
viljoens. Die staan allemaal in de kernzone of
beschermingszone. In principe heb je twee
soorten strandpaviljoens: die in het najaar
worden opgeslagen en die het hele jaar door
op het strand staan. Ze zijn aan bepaalde
regels gebonden en één daarvan is dat ze
demontabel moeten zijn, ook degene die er
het hele jaar door staan. Nu is die regel door
sommige uitbaters in de loop der jaren wel
wat verwaarloosd. Vorig jaar heeft het water
schap elf paviljoenhouders aangeschreven hun
tent te verplaatsen (minimaal vijf meter uit de
duinvoet, twee meter boven het strand en
tweehonderd meter uit elkaar). Niet voor
iedere paviljoenhouder is dat een gemakkelij
ke klus. Toch vraagt de zorg voor de waterke
ring om deze maatregel. Met tact, vasthou
dendheid en goed overleg moet het uiteinde
lijk lukken om alle strandpaviljoens op de
goede plaats te krijgen.
Streng met beleid
Hoe streng is de keur nu? Strikt doorgerede
neerd zou je op het Walcherse strand met
zijn rijen paalhoofden - de kernzone - dus
niet meer op het strand mogen spitten, geen
zandkastelen mogen bouwen en onze Duitse
badgasten zouden hun geliefde kuilen niet
meer mogen graven, want dit alles valt
onder de 'grondroering' die in deze zone
verboden is. Wordt het beleid gehandhaafd
om in de kernzone en beschermingszone
geen zagers te laten steken, geen schelpen
te rapen of mosselzaad te laten steken op de
paalhoofden? 'Jazeker', beaamt Wilgerd
Heidens rustig, 'als je een keur maakt, moet
je die natuurlijk ook handhaven en wel zo
precies mogelijk, qaar de letter van de keur.
Maar in een algemene regel kun je wel wat
ruimte geven en wel precies op die voor
waarden die het waterschap zelf formuleert.
Het voordeel hiervan is dat je de voorwaar
den heel exact kunt omschrijven en daar
door in de handhaving veel sterker staat.
Zandkastelen en kuilen voor Duitse badgas
ten mogen zodoende blijven'. Ook het hou
den van schapen op de dijk is zo'n geval.
Heidens: 'Volgens de keur kan dat niet, maar
het laten grazen van schapen hoeft niet
slecht te zijn, mits het aan bepaalde voor
waarden voldoet, zoals niet teveel schapen,
niet te lang en met minder bemesting. Die
voorwaarden formuleren wij in de algemene
regel. De professionele schelpenrapers en
mosselstekers zijn zo gering in aantal, daar
maken we geen algemene regel voor. Die
enkelen krijgen een vergunning.'
Informatie
Al deze maatregelen kunnen grote gevolgen
hebben voor de burger. Daarom is een goede
informatievoorziening essentieel. Actief zal
het waterschap de burgerij benaderen via
speciaal voorlichtingsmateriaal, persconferen
ties, advertenties en speciale informatie voor
gemeenteambtenaren.
Hoewel niet strikt noodzakelijk, staan er
enkele strafbepalingen in de keur. In principe
is dat al geregeld via de waterschapswet.
Voor alle duidelijkheid zijn de maatregelen
toch in de keur opgenomen. Dan weet de
burger waar hij aan toe is. Maximaal zou
men zich een maand hechtenis op de hals
kunnen halen, of ƒ5000,- boete. Heidens:
'In de praktijk werken wij van Waterkeringen
nauwelijks met het strafrecht. Het is veel
efficiënter om via het bestuursrecht de
mensen tot uitvoering van de keur te bren
gen. Een dwangsom is toch vriendelijker voor
de mensen en helpt beter dan hechtenis'.
Glashelder
'Modern, uniform, helder en duidelijk',
noemt Wilgerd Heidens de keur. Eén oud
woord wilde men op waterkering eigenlijk
nog niet kwijt: de 'grasetting'. In het model
van de Unie wordt dat woord weliswaar niet
genoemd, maar in Zeeland kent iedere boer
en iedere waterschapper dit. Toch is het uit
eindelijk niet in de keur terecht gekomen.
De couleur locale moet wijken voor de
duidelijkheid; geen Zeeuwse onderonsjes,
maar een moderne keur waterkeringszorg.
Glashelder.
maart 2000
10
waterwerker