Na de wateroverlast van september 1998 is waterschap Zeeuwse Eilanden te Goes direct aan de slag gegaan om - samen met ondermeer ZLTO en gemeenten - de knelpunten in de waterbeheersing in kaart te brengen. Het werd een flinke lijst. En daarmee begon het echte werk. Dit artikel geeft een globaal overzicht van de maatregelen die het waterschap uitvoert of inmiddels uitgevoerd heeft om nieuwe wateroverlast te helpen voorkomen én om er - als voorkomen niet haalbaar is - zo snel mogelijk vanaf te zijn. van een geheel ander kaliber: 3600m3/uur per stuk ofwel de capaciteit van vijftien brand- weerpompen. Deze pompen kunnen geza menlijk of apart ingezet worden; vooral bij de grote gemalen, omdat ze om over de zee dijk te kunnen pompen een zogeheten opvoerhoogte hebben van tien meter. Ze zijn binnen 24 uur ter plekke én operationeel. De al bij het waterschap aanwezige nood- pompen zijn, inclusief leidingen, opnieuw gecontroleerd en volledig gemaakt. Ze zijn snel paraat, vooral om zonodig te assisteren bij onderbemalingen. Gemalen Verder is een eerste pakket directe maatrege len opgesteld dat momenteel in uitvoering is. Hiermee is een bedrag van ruim twee miljoen gulden gemoeid. Een belangrijk onderdeel ervan is het onderzoek dat afgelopen najaar is uitgevoerd naar de capaciteit van acht gemalen waarover enige twijfel bestond. Uit het onderzoek bleek dat alle acht voldoen aan de afvoernormen. Bij enkele van deze gemalen bleek het wel noodzakelijk de wer king ervan door extra baggerwerk bij de instroomopeningen te optimaliseren. Een soortgelijk onderzoek is ook uitgevoerd naar de capaciteit van de cruciale onderbemalin gen Baarland (Zuid-Beveland) en Zonnemaire In het waterschapsplan 'Op weg naar water beheer in de 21e eeuw' zijn alle knelpunten geordend naar aard en prioriteit, zodat een beeld is ontstaan van het te verrichten werk op korte, middellange en langere termijn. Niet alle 225 knelpunten zijn volledig uit gewerkt, omdat hiervoor eerst nog nader overleg met belanghebbenden noodzakelijk is (bijvoorbeeld over terugslagkleppen op riooloverstorten, grondaankoop en mogelijk heden voor 'buffer- of overstromingsgebie den'). Ook zullen provinciale of landelijke ontwikkelingen, bijvoorbeeld over nieuwe afvoernormen, moeten worden gevolgd. Een flink deel van de knelpuntenlijst is echter al behandeld omdat veel maatregelen 'gewoon' bij het onderhoudswerk van het waterschap horen. Naast het herstellen van de schade door de wateroverlast is het schoonmaken van duikers, het maaien en baggeren van waterlopen vorig jaar afgerond. Bovendien zijn in overleg met de aanliggende land eigenaren op diverse plaatsen waterlopen verruimd, zodat meer berging ontstaat. Inzet noodbemaling Een belangrijk facet van voorkomen of - als dat niet lukt - zo snel mogelijk beëindigen van wateroverlast is de beschikbaarheid van extra pompen daar waar dat het hardst nodig is. Helaas liet dat in 1998 te wensen over en was het waterschap te veel afhankelijk van materieel van derden buiten de provincie. Om dat niet nog eens mee te hoeven maken wordt voor alle zekerheid ruim een miljoen gulden geïnvesteerd in mobiele nood- bemalingen. Er zijn of worden voor dat geld twee grote en zes kleine pompen gekocht. De kleine (480m3/uur) staan paraat in Sint Maartensdijk, Zierikzee, Ritthem en Kloetinge. Deze door tractoren aangedreven pompen zijn in een oogwenk operationeel. De twee grote mobiele noodbemalingen, die besteld zijn en nu worden ontwikkeld, zijn waterwerker 4 maart 2000

Tijdschriftenbank Zeeland

Scheldestromen/de Waterwerker | 2000 | | pagina 4