glooiing in een notendop
12
Basalt, Doornikse steen, asfalt. Als je langs de Zeeuwse
dijken rijdt, zie je allerlei verschillende glooiingen. Deze
glooiingen worden sinds 1997 grotendeels vervangen door
'hydroblocks'. Waarom is dat? We vragen Hans van der
Sande om uitleg, en waarom bestaan er zoveel soorten?
'Hydroblocks zien eruit als
kleine boterhammen."
door Ellen Nieuwenhuijze
Laten we bij het begin beginnen.
"We zijn ooit begonnen met
natuurstenen uit groeves", vertelt
Hans van der Sande, senior beleids
medewerker planvorming water
keringen bij het waterschap. "Aan
het eind van de 19e, begin 20e
eeuw, wilden we de dijken beter
beschermen tegen de kracht van de
golven. De beste oplossing leek
een steenbekleding. De stenen
voorkomen dat de klei van de dijk
wordt weggevreten."
Zware stenen
"Het grote voordeel van bijvoor
beeld graniet en basalt is dat ze
heel zwaar en duurzaam zijn",
vervolgt Hans. "Onder water wordt
alles lichter, dus hoe zwaarder de
steen, hoe beter hij blijft liggen.
Toch hebben we deze stenen in de
loop der jaren steeds minder
gebruikt. Op den duur raakten de
eenvoudig bereikbare groeves
uitgeput. Daarnaast zijn de natuur
stenen best duur en moeten ze met
de hand gezet worden."
Dus werd er gezocht naar een
alternatief. Dat werd gevonden in
betonblokken. Hans: "Beton is
makkelijk te produceren en is
zwaar. Er zijn veel verschillende
soorten betonstenen, zoals haring-
manblokken, vlakke betonblokken
en muralt. De betonblokken legden
we dicht tegen elkaar aan op de
kleilaag. Er zat hoogstens een milli
meter tussen. We dachten dat er
op deze manier geen water tussen
kon komen zodat de golven geen
grip op de blokken zouden krijgen.
Helaas zagen we wat over het
hoofd: regenwater. Jaar in jaar uit
sijpelde het regenwater naar binnen,
en nam het steeds wat kleideeltjes
mee. Dit zorgde voor holle ruimtes
onder de blokken. Bij een storm
werden de holle ruimtes gevuld
met zeewater en bij iedere golf
werden de stenen een beetje
opgedrukt waardoor er ineens een
blok uitvloog. Stormschade was het
resultaat. In de jaren '90 is deze
constructiemethode dan ook
afgekeurd."
Er moest wat anders bedacht wor
den, iets wat zwaar genoeg was en
niet door golven weggedrukt zou
worden. Basalton volgde, een
andere betonsoort in de vorm van
een zuil. Deze steen ziet eruit als
basalt, maar kan machinaal gezet
worden. "Bij een zuil is de hoogte
groter dan de breedte", legt Hans
uit. "De zuilen zijn zo zwaar dat ze
niet meer door de golven kunnen
worden opgedrukt. Door de tussen
ruimte vindt er geen druk aan de
onderkant plaats, het water stroomt
er gewoon weer uit. De spleten
worden opgevuld met losse steentjes,