uinen Sinds 1866 zorgen de lichten van Kaapduinen ervoor dat het scheep vaartverkeer komend vanuit het Oostgat veilig zijn weg kan vervolgen zonder vast te lopen op het strand. Lichten werden vroeger op zoge noemde 'kapen' geplaatst: vanuit zee goed waarneembare, op hoge plaat sen gesitueerde verkenningstekens. Oorspronkelijk waren de lichten geplaatst op ijzeren vierkante schil derhuizen op zo'n twee meter hoogte. In 1950 zijn de huidige torentjes gebouwd. De lichten schijnen in een smalle sector naar het noordwesten. Opvallend is dat de torentjes geen lichthuis hebben. Het licht schittert door raampjes bovenin de torentjes. De toren van het hoge licht is 12,6 meter hoog en die van het lage licht 13,8 meter. Ze hebben een bereik van 13 zeemijlen. Sinds de late middeleeuwen ver lichten vuren de Zeeuwse kust. In 1370 gaf hertog Albrecht van Beieren opdracht voor het oprichten van een vuurbaak in Westkapelle. Ook op Schouwen werden toen al maatre gelen getroffen om de zeevaart van en naar Zierikzee te beveiligen. Later kwamen er steeds meer Vuren' bij, waaronder dus de bekende torentjes van Dishoek. De Westerschelde is een van de drukst bevaren wateren ter wereld. Om al het varende verkeer in goede banen te leiden zijn er loodsen, radartorens en lichtopstanden zoals de twee torentjes in de duinen bij Dishoek. 23 Dishoek Vlissingen door Sandra Minneboo

Tijdschriftenbank Zeeland

Scheldestromen/de Waterwerker | 2012 | | pagina 23