1. Herken de situatie "Hoe eerder je een situatie herkent, hoe eerder je keuzes kunt maken om het 'gevaar' te beheersen of vermijden. Bijvoorbeeld door uit te wijken of een noodstop te maken. Slik is soms lastig te herkennen. "Het komt vaak als verrassing. Zeker als de weg nat is en het een beetje donker is." 2. Haal de snelheid eruit Snelheid doet alles. Ko: "Tijdens een training laten we mensen altijd raden naar de stopafstand. Als je 60 kilometer per uur rijdt en je moet ineens remmen, heb je ruim 35 meter nodig voor je stilstaat." 3. Houd meer afstand "De 2-secondenregel kennen de meeste mensen wel. Als je in meters gaat praten is dat lastiger in te schatten. Dus: is de auto voor je bij een bepaald punt, tel dan de tijd die verstrijkt totdatje zelf dat punt passeert (21, 22..)." Voor een veilige afstand moet er minstens twee seconden tussen zitten. Bij slechte weersomstandigheden houd je meer afstand vanwege de langere remweg. 4. Rem gedoseerd of trap zo hard je kan "Niet pompend remmen, maar gedoseerd. Mits je de ruimte hebt", voegt Ko eraan toe. "Bij een noodsituatie waarbij je geen ruimte hebt, omdat je ineens achterop een file rijdt, dan is er maar één optie: geef een karatetrap op de rem en blijf remmen tot je stilstaat. Ook al is het glad en ook al heb je geen ABS. Overigens hebben de meeste auto's tegenwoordig ABS, het voordeel is dat het voertuig bestuurbaar blijft. Deze methode levert de kortste remweg op onder alle omstandigheden." 5. De juiste band Een winter- of zomerband scheelt de helft in remweg. "Een zomerband heeft bij gladheid een remweg van 50 meter, een winterhand 25 meter. Ook het profiel en de bandenspanning zijn van groot belang om water (en slik) af te kunnen voeren. De minimale diepte van het profiel is wettelijk 1,6 mm. Een winterhand heeft een minimale profieldiepte van 4 millimeter om goed te kunnen functioneren." Ongeveer 70% heeft een te lage bandenspanning. "Wij adviseren altijd de hoogste bandenspanning te kiezen." Daarnaast speelt de leeftijd van een band een rol. "De Anwb adviseert een band na maximaal 5 a 6 jaar te vervangen, ook als deze nog niet versleten is. De kans op een klapband bij een band van 6 jaar is 20% groter dan bij vers rubber. Op de zijkant van de band staat een DOT-code van 4 cijfers. De eerste 2 zijn de week waarin de band gemaakt is, de laatste 2 geven het jaar aan." 6. Actieve houding "De juiste stuurhouding is je handen op 'kwart voor drie'. Veel mensen hebben het anders geleerd (tien voor twee) maar dat was nog in de tijd dat er geen airbags waren." Voor een actieve houding moet de stoel in een hoek tot 105° staan en het been licht gebogen zijn als de koppeling is ingetrapt. "Veel mensen zitten vaak te ver naar achteren. Daardoor heb je onvoldoende kracht op het rempedaal." 13 Ko Dek van Verkeersschool Dek legt uit dat alles om snelheid draait én om het inschatten van de situatie. Scheldestromen herfst 2015

Tijdschriftenbank Zeeland

Scheldestromen/de Waterwerker | 2015 | | pagina 13