Golven Hans: "Het ontstaan en de hoogte van golven hangt van allerlei factoren af. Een van de factoren is het getij. Eb en vloed hebben te maken met de zwaartekracht. Het water op aarde wordt in de richting van de maan en de zon getrokken. Daardoor ontstaat vloed. De aarde draait rond, waardoor steeds aan een ander stuk water wordt getrokken. Als het water niet wordt aangetrokken wordt het eb." Getijdenknooppunt "Het getij ontstaat op de Atlantische oceaan en bereikt ons land via de noordelijke Noordzee. In de Noordzee heb je drie getijdenknooppunten waar het getijdenverschil nul is. De eb en vloedgolven draaien hier omheen tegen de wijzers van de klok." Deze knooppunten bevinden zich op 100 kilometer ten westen van Den Haag, 250 kilometer ten noorden van Ameland en vlakbij Noorwegen. "Het getij begint als eerste aan de noordelijke kust in Engeland. Het water kruipt als het ware langs de kust naar beneden. In Nederland kruipt het water vanuit het zuidwesten weer richting het noorden. De Noordzee kun je vergelijken met een bak water. Beweeg het water in een bak maar eens heen en weer. Het midden blijft nagenoeg gelijk." Golfslagbad "Golven worden ook veroorzaakt door de wind, die het gevolg zijn van luchtdrukverschillen, depressies", vertelt Hans verder. "Bij een extreme storm op de Noordzee kunnen golven 8 tot 9 meter hoog zijn. Door een ondiep zeegedeelte voor de Zeeuwse en Zuid-Hollandse kust, de Voordelta, worden de golven al eerder gebroken en zijn de golven aan de kust nog maar zo'n 4 tot 5 meter hoog. Als een golf aan de onderkant de grond raakt wordt de watermassa tegengehouden waardoor de golf te steil wordt en breekt. Een golf is dan 50% van zijn golfhoogte kwijt. Bij laag water wordt een golf zelfs nog eerder gebroken." Grillige golven Er zijn verschillende soorten golven. De meest voorkomende golven ontstaan aan de oppervlakte veelal door wind. Windgolven verdelen we in deining en zeegang. Hans: "Een deiningsgolf ontstaat tijdens een storm ergens op de oceaan en bereikt dagen later de kust. Deze golven zijn overgebleven nadat de wind al is gaan liggen." Deiningsgolven zijn te herkennen aan een regelmatig patroon, een glad golfoppervlak en flauwe De zee is elke dag anders; voortkabbelende golven op een windstille zomerdag of flinke schuimkoppen tijdens een herfststorm. Hoe dan ook, golven zijn er altijd. Maar de ene golf is de andere niet. En een tsunami voor de Nederlandse kust is uitgesloten, toch? Hans van der Sande van de afdeling Waterkeringen geeft tekst en uitleg. 9 Kent u het begrip buistoot? Door het overtrekken van een onweersbui ontstaat een lokale drukverlaging die een plotselinge tijdelijke stijging van de waterspiegel veroorzaakt. Scheldestromen herfst 2016 door Chantal de Putter Scheldestromen herfst 2016

Tijdschriftenbank Zeeland

Scheldestromen/de Waterwerker | 2016 | | pagina 5