T
Een Zeeuw in Japan
bijzonder gevonden
Geen aas
Tijdens die dagen varen zo'n tien tot
twaalf boten uit om de haaien te
taggen. De Big Marlin is er daar een
van. Schipper Hans Lodewijkx over
Shark-a-tag: "De afgelopen vijf, zes
jaar zie je zeker wel een toename
van haaien in de Oosterschelde.
Het is heel leuk om bij te dragen
aan dit haaienonderzoek. Ik ken
de stekken, maar het blijft vissen.
De ene dag vang je er maar een,
de andere dag wel 42. En als er
veel wijting zit, dan neemt de kans
op de haaien af. Zij zijn namelijk
de haaien altijd voor." Volgens
Lodewijkx zitten de haaien meestal
op een diepte van 17 tot 18 meter.
Speciale stalen onderlijnen gebruikt
hij alleen voor de ruwe haai. Die
heeft namelijk tandjes. De haaien
lokken met aas heeft weinig zin.
De haaien die ze tegenkomen in
de Oosterschelde zijn namelijk
allemaal grondhaaien. Als ze een
haai vangen, dan wordt het geslacht
vastgesteld, worden ze gemeten en
getagd. Voordat ze worden terug
gezet, mogen ze tot rust komen in
een grote bak met water. In de zes
jaar dat Lodewijkx meedoet, heeft
hij nog maar één keer eerder een
haai gevangen die al was gemerkt.
"Dat vind ik wel heel frappant,
maar het laat zien dat de haaien
inderdaad weer wegtrekken, de
mannen naar het noorden en de
vrouwen naar het zuiden.
Je hoort wel terug dat collega's in
die landen haaien vangen die in de
Oosterschelde zijn geweest."
Speurtocht
Haaien houden zich vooral op in
gebieden waar duikers of zwemmers
niet komen. Ze zijn vaak midden op
zandplaten te vinden, het liefst in
de volle stroming. Daar zoeken ze
in het zand naar hun prooi.
Duikers duiken vooral direct langs
de dijken, bij doodtij (stilstaand
water)Voor hen is het dus
uniek als ze toch een haai tegen
zouden komen. Dick Varkevisser
neemt regelmatig een duik in de
Oosterschelde. "Ik heb inderdaad
nog nooit een haai gezien. Die kans
is gewoon heel klein. Meestal ga ik
het water in en kijk ik gewoon rond
wat ik allemaal kan vinden.
De speurtocht naar slakjes in
allerlei kleuren en maten vind ik het
leukst. Oranje, wit, paars er is echt
van alles te vinden. Maar als ik een
haai tegen zou komen, dan blijf ik
net zo lang beneden tot mijn fles leeg
is. Het is voor ons wel een uitdaging
om er een tegen te komen."
22
Op de havenpier van
Colijnsplaat staat dit
beeld van Johannis de
Rijke. Het is een kopie
van het vier meter hoge
beeld dat in de Japanse
stad Nagoya staat. In de
stad Kaizu wordt elk jaar
een Johannis de Rijke
roeiwedstrijd gehouden.
Was het de sushi die hem
naar Japan deed gaan?
Johannis de Rijke werd op
5 december 1842 in Colijnsplaat
geboren. Zijn vader was te arm
om een studie voor Johannis te
bekostigen. Hij werd bijgeschoold
in de waterbouwkunde door een
bevriende ingenieur. In 1865 begon
hij als opzichter bij de bouw van de
Oranjesluizen in Schellingwoude.
In 1873 volgde hij zijn voormalige
chef, op diens uitnodiging naar
Japan.
Hij werd daar in 1873 aangenomen
als ingenieur. Japan was in die tijd
bezig zich te moderniseren, dus was
er veel werk. De Rijke hielp mee
met het ontwerp van de haven van
Osaka. Dankzij deze handelshaven
werd Osaka een miljoenenstad.
Ook ontwierp hij er een hogedruk
waterleiding. Bij Osaka stopte het
niet: hij ontwierp ook de havens
van Tokyo en Yokohama. Daarnaast
ontwikkelde hij projecten om
rivieroverstromingen te voorkomen.
Zijn meesterwerk was de bouw van
een tunnelkanaal dat loopt van
het Biwameer naar Kyoto. Hiervoor
ontving hij een hoge Japanse
onderscheiding.
In 1903 keerde De Rijke terug
naar Nederland waar hij in 1913
in Amsterdam overleed. Of hij ooit
sushi gegeten heeft, zullen we nooit
weten. Het is wel waarschijnlijk.
23
Midden: de zogenaamde
hondshaai.
Onder: Georgina Wiersma van de
Dutch Shark Society.
DUIKTRAF
*_-»*■= t
I
Scheldestromen zomer 2017
Colijnsplaat
door Arjan Goossen
Scheldestromen zomer 2017