tl OPENING ORANJEMOLEN VLISSINGEN. Verslag van een ooggetuige. "Hierbij hebben wij het genoegen U uit te nodigen tot het bijwonen van de officiële ingebruikneming van de ge restaureerde Oranjemolen te Vlissingen op vrijdagmiddag l8 febr. half 3". Aldus de uitnodiging van het Vlissingse Ge meentebestuur, gericht aan onze Heemkundige Kring. Dhr. Van Leeuwen en ondergetekende besloten samen aan deze uitnodi ging gehoor te geven. Het is wat kil en huiverig deze middag, doch ge lukkig droog, als wij de auto geparkeerd hebben en ons naar boven spoeden via de oprit die naar de molen voert» Fier en frank in oude glorie hersteld zien wij hem daar voor ons oprijzen, de weer trotse Oranjemolen, een pronkstuk van degelijk vakwerk, overgebleven uit vroeger eeuwen. De vaderlandse driekleur wapperend hoog in top, verkondi gend aan ieder het heugelijk feit, dat het eindelijk zover is, als bekroning, de feestelijke ingebruikneming. Voor velen van de naar schatting 50 aanwezigen, die ook zoals wij, tegen de wat vettige dijk waren opgeklauterd, om eens te kijken wat er achter de dijk te zien is, zal het wel zeker de eerste keer wezen, dat zij deze historische grond betreden. Historische grond, deze Oranjedijk, vroeger de Citadel van Alva genoemd, gelegen in het zuid-oostelijk deel van de stad, alwaar in ong. 1650 deze molen gebouwd is. Een korenmolen hoog boven de dijk uitstekend, een prima windvanger voor de wind vanuit zee, zeer belangrijk in de tijd dat er nog geen motorische krachten bestonden, een onmisbare schakel vormend tussen de landman en bakker of veehouder. Immers het kostelijk graan kon alleen tot con sumptie dienen, als de molen het tussen zijn machtige stenen tot meel verpulverd had. Hoe belangrijk zulk een molen vroe ger was, wordt ons duidelijk als wij de gemeente-archivaris dhr. Veldhuis navertellen, dat Vlissingen nog een tijd ge kend heeft dat elf molens in de stad hun wieken lieten draaien, al waren er slechts zeven bij die koren maalden. De overige hadden tot taak hout te zagen, kruiden, snuif of schors te malen. Wij begrijpen nu des te beter dat Vlissin gen, dat toch al zovele monumenten verloren zag gaan door oorlogen, vuur en water, deze laatste molen, koste vrat kost wilde behouden»

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1972 | | pagina 12