14. VERENIGING STAD EN LANDE VAN SCHOUWEN-DÜIVELAND. Het doel van de vereniging is de bevordering en het behoud van de stedelijke en landelijke schoonheid in de meest uitgebreide zin op Schouwen-Duiveland. (Art. 2. lid 1 der statuten, goed gekeurd bij koninklijk besluit van 15 juli 19°8, nr. 67. Bij voegsel v.d. Nederl. Staatscourant van 26 sept. 1968, nr. 188). De vereniging werd opgericht 25 januari 1939- Aanleiding tot de oprichting was het slopen van het bijsonder mooie Mossel poortje en de gevel ernaast van het z.g. Dordtse type, gelegen aan de noordzijde van het Kraanplein te Zierikzee. De vereni ging tracht haar doel te bereiken door het nauwlettend in het oog houden van veranderingen en wel in het bijzonder wat ver loren dreigt te gaan. Het doen van kleine restauraties, waartoe jaarlijks een subsi die van C.R.M. wordt ontvangen. Het houden van lezingen met betrekking tot de historie en de bouwgeschiedenis van Schouwen-Duiveland. Het zo mogelijk aankopen en herstellen van gebouwen etc. Het uitgeven van boekwerkjes met betrekking tot de geschiedenis van stad en "eiland". (Zandloper-reeks). Ook in het mededelingenblad, dat minstens 2x per jaar ver schijnt, worden regelmatig artikelen geplaatst van leden, daarop betrekking hebbende. Het geven van een cursus streekgeschiedenis in samenwerking met Z.V.U., Ver. v. Huisvrouwen en Plattelandsvrouwen Het organiseren van stadswandelingen (eveneens in samenwer king met de Z.V.U.), rondleiding langs historische gebouwen van Zierikzee, onder deskundige leiding. Bovendien wordt elk jaar in de zomer een excursie gehouden naar een tevoren bepaalde historische stad of streek, waar voor altijd grote belangstelling bestaat. Het aantal leden der vereniging bedraagt momenteel 377- Het secretariaat is gevestigd Nieuwe Boogerdstraat 3 Zierik zee. Tel. 01110 - 2086. Het bestuur der vereniging wordt gevormd door J.L. Braber, voorzitter. Mr. W.P. Martens, vice-voorzitter J.M.J. Lokker, Ie secretaris. F.J. Vos jr., 1e penningmeester. N.H. Lysen, 2e secretaris. J. Berman, 2e penningmeester.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1973 | | pagina 26