Hoe ontstaan Van welk jaar het huidige gaaischieten, met jachtgeweren en loden kogels, dateert, is mij niet bekend. Wel, dat na het bouwen van de dijkmolen "Prins Hendrik" in 1773, nog met de handboog werd geschoten. Zoals op meerdere plaatsen deden de molenwieken dienst om de vogel (gaai) op schiethoogte te houden. Vermoedelijk zijn hier de eerste vuurwapens als haakbussen, kolve- niers, musketten en roers nooit gebruikt. Wel de "bovenlaads". Daar werd in mijn kinderjaren nog mee geschoten. Na een ernstig ongeluk, ongeveer 55 jaar geleden, werd door de burgemeester het schieten met bovenlaads verbo den. Van toen af zijn het de huidige jachtgeweren die men bij het gaaischieten gebruikt. Ten behoeve van het gaaischieten worden vlot vergunningen ver strekt voor de aankoop en het in bezit hebben van jachtgeweren. Zoals uit het bovenstaande wel blijkt, sluit het gaaischieten met jachtgeweren aan op het tijdperk dat men de handboog en voetboog hanteerde. Toen in 1223 Westkapelle stadsrechten verkreeg en daarmee het recht ver wierf gilden te mogen vormen, schijnt al heel spoedig een schuttersgilde te zijn ontstaan. Ieder jaar vierde men een groot schuttersfeest, waarbij op de gaai (vogel) werd geschoten. Ook andere gilden vierden minstens eens per jaar een groot feest. Het is bekend hoe die feesten meestal ontaarden in eet- en zwelgpartijen. In de 16e. eeuw, toen de reformatie zijn invloed deed gelden, werden de feest maaltijden verboden. Maar de gilden bleven bestaan tot in 1798 tijdens de Franse revolutie het gildewezen in zijn geheel werd verboden. Maar het schieten op de gaai bleef door alle tijden heen bestaan en resulteer de uiteindelijk in het gaaischieten zoals we dat nu nog kennen. Dat het huidige gaaischieten aan het oorspronkelijke gaaischieten van de schut tersgilden verwant is, blijkt o. a. uit de naam gaaischieten, terwijl er thans helemaal geen gaai of vogels aan te pas komt. Ook is men dikwijls genegen een beetje potsierlijke kleding te dragen, al is het maar een vreemd hoofddeksel. In de 30-er jaren kwamen de schutters meest met witte broek en/of jasje, soms ook met witte pet. De nooit aflatende trommelslager wijst ook op het verleden, evenals het lid zijn voor slechts 1 jaar. Bij het schuttersgilde, trou wens ook bij andere gilden, werd men telkens voor 1 jaar ingeschreven, in de zogenaamde "rolle". De rolle De Westkappelse gaaischieters hebben ook een rolle. Daar worden ze steeds voor 1 jaar ingeschreven. Deze plechtigheid gebeurt 's zondags voor de ker mis in het café "Het Kasteel van Batavia". Precies om 7 uur, komt de café houder met de rolle, die bij hem in bewaring is en geeft hem aan de persoon, die het vorig jaar kaptein was. In de rolle staat vermeld, waar iedere gaai schieter zich aan heeft te houden. Tevens een reeks strafbepalingen, met boete, die door de kaptein kunnen worden toegepast. Wanneer door de kaptein het eerste gedeelte van de rolle is voorgelezen volgt de zinsnede "op deze rolle staat 2 liter jenever", waarmee de caféhouder reeds klaar staat. Dit wordt uitgeschonken aan ieder, die in het café aanwezig is; er zijn immers op het moment nog geen deelnemers. De deelnemers geven zich op tijdens het consumeren van de 2 liter jenever. Als dit is gebeurd wordt de kaptein gekozen. Dikwijls is dit de oud-kaptein van het vorig jaar. Vervolgens kiest men de fourier, die de rechterhand is van de kaptein en hem eventueel vervangt. Dan volgt het kiezen van de 2e. fourier, die "slokjesjoen" wordt genoemd. Hij zorgt er voor, dat tijdens het gaaischieten de kelen niet uitdrogen. Daarvoor zamelt hij onder de gaaischie ters geld in. De aanschaf van drank en bier wordt eerlijk onder de caféhou- 13

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1975 | | pagina 21