Kent U ze nog, de Westkappelaars
financieel opzicht toch nog gunstig afgesloten: per 31 december 1975 bleken
we over een batig saldo te beschikken van f 1466, 68.
De auteur, K.Faasse, zal bij het creëren van deze titel ongetwijfeld geen
moeite hebben gehad. Na een 50 jarige uitstedigheid behoorde hij tot de re
ünisten, die in 1973 bij het vieren van het 750 jarig bestaan der stadsrech
ten van Westkapelle, in het verenigingsgebouw "Westkappel Herrijst" bijeen
waren. Op de klompen, in de oud Westkappelse dracht, kon men zich geen
beter vertegenwoordiger van dit dijkdorp voorstellen. Weinigen echter, die
in deze robuuste figuur, ondanks zijn kleren, een oud Westkappelaar zoch
ten. Groot was dan ook de verwondering, toen vanuit het feestgewoel Krijn
Faasse het podium betrad, stilte vroeg en uit de binnenzak van zijn buis
enige vellen papier opdiepte. Gespannen keken een paar honderd oud West
kappelaars, die van alle richtingen gekomen waren om de reünie tot een
geslaagd samenzijn te maken, naar wat er zou gebeuren.
Het bleek een gedicht te zijn. Rijkelijk met humor doorspekt laat deze po-
eet zijn jeugdjaren, op dit dorp doorgebracht, de revue passeren. Het meest
autenthieke verhaal wat je maar denken kunt. Namen met bijnamen, zoveel
mogelijk omkleed met toestanden en gebeurtenissen uit die jaren. Niet te
begrijpen van iemand, die in zijn jeugd het dorp verlaat, en meer dan 50
jaar later zijn geboortedorp belicht of hij er nooit is weggeweest.
Kent U ze nog. Een vraag die hij vermoedelijk zichzelf heeft gesteld,
alvorens hij de tekst opstelde waarmee hij een haarfijne illustratie geeft bij
de mooie fotofs, die de hobbyiste MevrFlipse-Roelse e. a. ter beschikking
hebben gesteld.
Krijn Faasse, de voor velen onbekende oud Westkappelaar, heeft de herin
nering weer opgeroepen aan oude dorpsgenoten, die met hun rijk verleden
cachet gaven aan dit romantische dorp met zijn bekoorlijkheden. Een opzet
die buitengewoon geslaagd mag heten. Aan ieder zou ik toe willen roepen:
"schaft dit boekje aan!" En zeer zeker aan hen, die enigermate in confron
tatie staan of gestaan hebben met de Westkappelaars. Via tekst en foto's
blikt men terug tot aan het begin van deze eeuw. Veel, zeer veel is er
sindsdien veranderd.
De molens van P.Verhage (Kuute) en Bram Theune zijn verdwenen. De her
bergen "De Zwaluw" en "De Vriendschap" evenals de herbergen van Hein
tje van Plat en Riesje van rooie Nele, zijn verdwenen.
"Het Kasteel van Batavia", "De Valk" en "Het Koffiehuis" zijn eveneens tij
dens het bombardement van 3 oktober '44 verwoest, doch deze zijn, in mo
derne stijl, herbouwd. Er draait op de kermis geen pierement meer in de
café's. De snoepwinkeltjes van Wanne de Vos en Kootje Tol e. a. (één cent
van 't blad") zijn er niet meer. Het ouwe Tolhuis aan de weg naar Zoutelan-
de, later café van Noute van Koerad (roet), het is alles verleden tijd, maar
't is mooi, om dat alles weer eens in beeld te zien.
Ook de schoolmeisjes, met hun kanten muts en hun breisel op of tegen het
talud van de dijk. Men ziet de kantklossers bezig. Een blik in de kerk, nog
allen in dracht. Het kinderkoor, eveneens in dracht, met hun leider, het
schoolhoofd Houtekamer, die deze zanggroep "De kleine Westkappelaars"
in den lande liet optreden. Men ziet het beroemde "Westkappels dameskoor"
met hun dirigent Piet de Rooij, die tevens het fanfarekorps "Oefening Kweekt
Kunst" leidde. We worden geconfronteerd met een ouderwetse caroussel en
zien daar o. a. zitten een heel oude Westkappelaar, die ter plaatse het pre
dikaat had verworven de grootste leugenaar van het dorp te zijn. Dat wil nog
al wat zeggen, want Westkapelle had een corps leugenaars, dat er zijn mocht.
6