VERSLAG AKTIVITEITEN AFGELOPEN KWARTAAL EEN AVOND OP RAMMEKENS Grote twijfel was er wèl bij de leden door het donkere weer op woensdagavond 17 augustus om deel te gaan nemen aan een bezichtiging van het oude fort ZEEBURG. Het zag er gewoon slecht uit met veel kans op zware regenval en zelfs onweer. Maar velen kwamen op deze najaarsachtige zomeravond toch opdagen, voorzien van alle soorten bestaande regenkleding en -schoeisel. 56 Personen kwamen bijeen vóór de massale toegangspoort van het fort RAMMEKENS. De woeste beeltenis van de Italiaanse bouwmeester Donato de Boni van Bergamo, gehouwen in natuursteen boven de poort van 1547 (430 jaar geleden dus!) verleende aan de geleider J. Hellinga een prachtig fond voor zijn toespraakje. Die frontpartij van de toegangspoort vertoont een bijzondere bewerking, voor het eerst in Nederland toe gepast, namelijk de zgn. bossage. Volgens Haslinghuis is bossage een bewerking, waarbij blokken natuursteen aan de voorzijde ruw behakt worden om een muurvlak een fors, rustiek karakter te geven. Er zit weer een hele technische wetenschap achter deze stylistische bewer king welke is toegepast bij talrijke kunstwerken in Italië en later in Nederland. Het is op Walcheren weinig bekend dat één der eerste voorbeelden van bossage in Nederland aan de toegangspoort van het fort Rammekens te zien is. Overigens: het is heel onwaarschijnlijk dat de gehouwen beeltenis die van de bouwmeester De Boni is. Hij is geleverd door Lauwereyns BOOCK uit Antwerpen, die vermoedelijk zo maar een krachtige kop heeft gehakt (de rekening bestaat nog In 1547 is men begonnen aan de bouw. Er werkten in juli 1548 7 steenhouwers en timmerlieden, 155 arbeiders, waaronder de metselaars en knechten, buiten de sjouwers voor het storten van puin, enz. Want het fort is gefundeerd niet op palen, doch diep gegraven putten volgestort met puin, rustend op 'n zandplaat. Het moet een goede methode zijn geweest, want het bouwwerk is niet verzakt. Men heeft het puin gehaald van de gebouwen en kerken uit het verdronken land van Zuid-Beveland, terwijl ook het nabijliggen- de klooster met bijgebouwen Nieuwerve (bij Ritthem) is opgekocht om het puin er van te verwerken in de fundering. De eerste naam was ZEEBURG. Dit beheerste de ingang van de haven naar Middelburg. Deze haven werd gegraven ter vervanging van de Welsinge en de Arne als een rechte haven van Middelburg tot de Westerschelde in 1531 - 1535. Dit havenkanaal is nog herkenbaar bij de begraafplaats van Middelburg aan de Nieuwlandseweg en bij de fruitboomgaarden tussen de dijken van weleer. Uit de blijkbaar erg diepe binnenzak van de groene uniform van de ambtenaar van het Staatsbosbeheer kwam een lange antieke sleutel te voorschijn. Hij opende de kleine deur in de slotpoort en ziedaar: een met blanke veldkeien belegd hoog oplopend binnenstraatje kan be treden worden. Het past precies in de verwachtingen; dikke sterke muren, donkere nissen en holle ruimten. Direct aan de rechterhand is een gewelf met daarin een diep gat. Kapers die gevangen genomen waren verdwenen daarin voor eeuwig! Een machtige entree. Het geschil derde bord deelt met oude woorden de dichtregelen van De la Rue mede (1695-1770): 'Ik Zeeburg, wierd gestigt van 's vijfden Carels Zuster, En was in 't orelog van Spanje, groot van kragt, Dog Walcheren in deez tijd zig vindende geruster, Vertoone ik naauw 't geraamt van mijn voorgaande magt'. Allen staan daarmede midden in de geschiedenis. De ruime binnenplaats is geheel anders. Open naar boven met een zicht op de hemel, doch wel afgesloten en bescherming biedend. Omringd door kazematten; 'overwelfde, bomvrije, van schietgaten voorziene ruimten in de wal van een versterkingswerk, waarin vuurmonden ter bestrijking van de naastliggende walmuur zijn opgesteld, munitie kan worden opgeslagen, 2

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1977 | | pagina 4