EXCURSIE ORANJEZON Mejuffrouw Boelaars vertelde, dat kant een fantasie met draden was. Een textielproduct dat ontstaat zonder gebruik te maken van een bestaande stoffen ondergrond, maar waarbij de draden op verschillende manieren door elkaar gewerkt worden met behulp van klosjes, die meestal van palmhout gemaakt zijn. Spelden worden op de kruispunten van de gevlochten draden geprikt en vormen het motief. Wie verwacht zou hebben, dat er op deze avond wel even het kantklossen geleerd kon worden, zal ontdekt hebben, dat dit niet de bedoeling was. Bovendien zou het ook niet te doen zijn. Want uit de dia-serie na de pauze bleek, dat er zeer veel verschillende motieven zijn, waar in gewerkt werd en wordt. Prachtige dia's toonden Brugs bloemwerk, Cluny- en Duchesse kant, Russisch handwerk, Valencienne kant en nog verschillende andere. Vroeger was het kantklossen in België een stukje schamel inkomen. Toen deze bron van inko men niet meer nodig was, werden veel kussens met bijbehoren gewoon verbrand omdat ze aan de arme periode herinnerden. Maar de tijden veranderen en momenteel ziet men het klossen opleven als hobby met ge bruikmaking van de oude patronen.(Ook in Middelburg zal a.s. winter een cursus gegeven worden). Op Walcheren werd tot voor 50 jaar nog veel kant in de muts verwerkt. De mutsenmaakster betrok het meterkant van de Nieuw-Namense reiziger. Deze liet het maken bij zijn thuis werkers. Nu is er nog slechts sporadisch (op Nieuwland) kant in de dracht te vinden. De kantjes die men bij souvenirs ziet, zijn haast altijd ingevoerd uit de Derde Wereld (de patroontjes kwamen via de missie-zusters in die landen). Hierdoor kan nog voor betaalbare prijzen het handgekloste kant verwerkt worden. Verder is het allemaal machinaal gemaakt met zelfs de foutjes erbij. De Middelburgse avond was geen machinewerk, maar echt handwerk en daarom was het voor de aanwezigen een unieke gebeurtenis. K. Zaterdag 26 mei begon voor een 23-tal leden van de Heemkundige Kring enorm vroeg. Om half zes begon een wandeltocht door het waterwingebied. De heren Joosse en Smulders hadden de leiding. Na een koude, zonloze week leek het weer nu beter, hoewel het eerst nog heiig was. In het oosten kleurde op dit vroege uur - hoe kan het ook anders - een prachtige oranje zon. We waren nog maar net het watermachien gepasseerd, of we kregen al een aubade van een nachtegaal. Trouwens onze hele tocht kreeg een muzikale begeleiding van allerlei soorten pluimage, zoals van kneu, tjiftjaf, koekoek, winterkoninkje, pimpelmees, wielewaal, groene specht, tapuit en fazant. Ook de bloemen en planten kregen onze aandacht. We werden op merkzaam gemaakt op o.a. de pinksterbloem, koningskaars, akkerhoornbloem, dag koekoeksbloem, vergeet-mij-nietje, stinkende gouwe (volgens overlevering een goed recept tegen wratten), schapezuring, ereprijs, winterpostelein (volgens onze begeleiders een heerlijke gezonde groente), valse salie, robertskruid. Bloemen en planten die hier gelukkig nog in het wild voorkomen. Tenslotte mag ik ook de meidoorn, die zo nauw met Walcheren verbonden is, niet vergeten. Soms was de lucht vol van haar geur. Toen het eind van onze tocht al in zicht was, kregen we nog een toegift. Wat velen hadden 3

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1978 | | pagina 5