Hoewel Hendrik dus in verwachting was, verwaardigde Zijn Edele zich niet zijn Dienaar te
antwoorden. Toen bond de herbergier in en tapte uit een ander vaatje. Wij lezen de 3e brief:
Aan den Wel Eedelen
Heer De Heer Burgemeester der
gemeente Koudekerke
a Koudekerke
Wel Eedelen Heer heer Burgemeester der Gemeente Koudekerke. Met al Eerbiet zoo neem ik
de vrijheid UEd deze wijnige regels te schrijven hoopende dat UEd het mijn niet kwalijk
gelieft te nemen Mijn Heer een vriendelijks verzoek aan UEd of het nu niet zoude Gepermi-
teert weezen om Zondags naar Kerktijd te Speelen UEd zoud mij en voor mijn huishouden
een groot plazier doen Want UEd heeft het belooft als wij koudekerker bleeven dat UEd dan
weer her over zoude denken dus Wel Eedelen Heer neem ik nogmaals de vrijpostigheid om het
zelve aan UEd te verzoeken dan kan ik mogelijk mijn schatte en laste opbrengen en anders ik
blijf in verwachting UEd onderdaanigen Dienaar
H Warnas
Verschoontmijnvrij
postigheid Koudekerke den 17
Julij 1821
Thans was hij onderdanig. Hij zette drie puntjes onder zijn naam, vouwde de brief zorgvuldig
dicht en zette er zijn lakstempel op. Maar de burgemeester, die zich niet liet bedreigen in een
eerder stadium, liet zich ook niet verbidden. Er kwam geen antwoord. De Middelburgse
kermis was aanstaande. Deze toch viel tussen St. Jacob en St. Pieter. Zou Hendrik, die
katholiek was, de heiligen aangeroepen hebben Hij besloot nogmaals te schrijven, het ging
om zijn bestaan. Met de moed der wanhoop schreef hij zijn vierde brief.
Aan den Weledel
Heer de Ruij ter
Weledel Heer Burgemeester
Met alle eerbiet neem ik de vrijpostigheid UEd een vriendelijk verzoek te vragen om met
kermis op aanstaande donderdag Saterdag en Zondag naar kerktijdt bij mijn agter in den tuin
te laaten danschen op de stijve koort en of het niet hepermiteert zou zijn Zondag naar
Kerktijdt te moogen speelen, dewijl er overal in de Stadt naar kerktijdt mag gespeelt worden.
UEd zoudt mijn een zeer groot plaisier doen.
Ik blijf in verwachting dat UEd mijn verzoek niet zult afslaan.
UEd: Onderdanige Dienaar
H: Warnas
Koudekerke den 1 Augustus 1821
De drie puntjes en het lakzegel liet hij maar achterwege. Het is niet duidelijk wat 'de stijve
koort' betekent, misschien wilde Hendrik de schijn vermijden op het slappe koort te gaan.
Hij had zich overigens de moeite kunnen sparen. Er kwam geen toestemming, zelfs geen
weigering, niets.
Warnas moet wel ten einde raad geweest zijn. Het duurde haast vier maanden voor hij zijn
vijfde brief schreef; en hij was toen al zes maanden in verwachting. Hij zette de volgende
trouwhartige woorden op schrift, en stuurde ze deze keer naar de secretaris J. Loeff.
21