22
Aan den Wel Edelen Heer Jvan den Loeff
Secretarus der Gemeente
Koudekerke
Mijn Heer met het aldervriendelijkste verzoek aan UEd om de adsestatie de welke ik aan UEd
heb verzoek, voor mijn zoon de welke van mijn naar Vlissingen is gaan woonen en de wijk
meester moet zijn laatste wonplats hebben Zijn naam is Gerardis Warnas geboore te Vlis
singen en verders Wel Edele Heer wenste ik wel of het niet gepermiteert zoude zijn Zondags
naar kerktijd te speele om mijn brood te winne Want ik op swaare laste zit en heb een brief
aan de heer de ruiter geschreeven om het zelve verzoek ik hoop en twijfel niet dat UEd mijn
zult tegenwerken al wat voor den armen betald moet worden ben ik berijd ik blijf in verwach
ting UEd onderdanige Dienaar
H Warnas
en wensche Ued en familie Beterschap
Koudekerke den 26 november 1821
Dhr. Loeff (de latere notaris) zal de ongelukkige zinssnede over tegenwerken wel ten goede
geduid hebben. Mogelijk heeft hij Warnas verteld, dat verzoeken op gezegeld papier gesteld
moeten worden en nog wat aanwijzingen gegeven over de manier waarop zo'n verzoek opge
steld wordt. Zo is het dan te verklaren dat Hendrik nogmaals een vel papier nam, thans met
kleinzegel van 2Vi stuiver. Hij was begonnen met dreigementen. Hij eindigde met een smeek
bede. Het werd een lange brief met vreemde woorden en nog vreemder zinsbouw. De
strekking was soms precies averechts aan datgene wat hij bedoelde. Maar hij deed zijn best.
Het was een zware bevalling. Ziehier het zesde en laatste schrijven van een gemarteld man.
Het is ongedateerd.
Aan den Achtbaren Heer
Burgemeester der
Gemeente Koudekerke
Geeft zeer eerbiedig te kennen den ondergetekenden Hendrik Warnas, kastelein in de herberg
het Rozendaal dat hij ondergetekende ingevolge de wetten verpligt is zwaare lasten aan den
Lande en de Gemeente op te brengen en ook altijd bereid zich heeft getoond dezelve te
betalen.
dat door het verminderen van het gewoon debit in zijne herberg zijne inkomsten te gering
worden om in het vervolg op zijn tijd dezelve lasten te betalen
En daar hij niet twijfelt of zijnen nering zoude meer prosponeeren indien hij van Ued Agtb:
wierde toegestaan van des Zondags naar het eindigen van den godsdienst te mogen laten
speelen op de viool tot vermaak der jeugd, hetwelk niet vermag te geschieden zonder UEd
Agtb: autorisatie
Redenen waaromme hij ondergetekende zich eerbiedig is keerende tot UEd Agtb- verzoeken
de de permissie om des Zondags naar het eindigen van den godsdienst te mogen laten speelen
op de viool tot veraangenaming en vermaaK der jeugd echter alles in geschikte termen welke
geen aanstoot zullen hebben van eenuge hindernis aan den zondag en godsdienst
Waarop hij alsnu van u Ed agtb. is verzoekende eene gunstige dispositie tevens verzoekende
hem dit verzoek ten tweede male aan uEdagtb: gedaan als zijnde onbeerlijke verbetering aan
zijn bestaan hem zult gelieven te accorderen
T welk doende
H Warnas