de N.R.C. Handelsblad no. 13 wordt zelfs een spreekwoord aangehaald uit China: 'Wijzen naar de moerbeiboom, maar schelden op de es'. Aan een verklaring waag ik mij niet. En nu W.P. Roose uit Koudekerke. 'Op een erf aan de Molenweg, thans Ter Poorteweg van Js. de Witte stond een zwarte moer beiboom. In de twintiger jaren, toen De Witte met zijn echtgenote naar de morgendienst van de kerk waren, ging een zoon onder deze boom zitten met een buks. Toen de ouders na ander half uur thuis kwamen lagen er elf dode spreeuwen op een rijtje naast hem. Zoonlief had ze uit de moerbeiboom geschoten. Desondanks bleven er nog veel spreeuwen in de boom over. Dit is wel een van de grootste kwalen van de moerbei. De spreeuwen zijn er niet uit te houden. (Dat belooft wat voor de zijderupsenteelt in de Oomstraat in Veere straks!). Er stond verder een moerbeiboom op het Dorpsplein van Koudekerke, tot ca. 1930. En natuurlijk bezat notaris Mr. J. Loeff in Koudekerke een moerbei. Doch dit was een struik, in de tuin van zijn huis De WELLE'. Maar onze vrien Roose schijnt gegrepen door de moerbei. Eerst wijst hij op een nog levende moerbei in de Koppeijndsweg bij C. Wielemaker op no. 11. Ook dit is een struik. In zijn eigen tuin heeft de heer Roose een prachtige moerbei boom staan. Deze boom levert echter geen eetbare vruchten op. Het zijn kleine witte van ongeveer 12 tot 15 mm grootte, maar walgelijk zoet. Wespen dragen deze vruchten naar hun nesten en natuurlijk doen de spreeuwen hun best. In 1978 heeft hij een nieuwe moerbeiboom geplant in zijn tuin. Pas najaren zoeken heeft hij deze kunnen kopen. Deze jonge boom komt uit Zuid-Frankrijk en hij kostte het formidabele bedrag van 175,En dan is het nog maar een spriet van ongeveer één meter. Al zijn ze op de dorpen zuinig, toch durven ze wel eens in de buidel te tasten. De heer De Bruijne uit Putten schrijft ons: 'Ik herinner mij dat ik omstreeks 1895 met mijn vader naar een herberg in Goes ging om daar te bekijken een oude moerbeiboom die daar naast een regenput in de tuin van 'Het Slot Oostende' stond. Het was een boom van Jacoba van Beieren! N.B.: Volgens overlevering had zij de boom geplant. Van de heer De Meij uit Utrecht de volgende reaktie: Met veel interesse wederom van de inhoud van 'De Wete' no. 1 januari 1979 kennis genomen. Wat betreft het artikel over 'OUDE MOERBEIBOMEN' kan ik U het volgende meiden, mogelijk geschikt voor 'De Wete' nummer 2. Ca. 60 jaar geleden stond ook een rode moerbeiboom te Ritthem en wei in de tuin van de toenmalige opzichter van de Zuidwatering de heer J.A. Louwers. Deze tuin met diverse vruchtbomen lag achter zijn woning de toen zéér bekende 'De Schoone Waardin' de naam van de vroegere herberg. De tuin iag in de diepte tussen de woning die op de zeedijk stond en de slaperdijk, de bekende mooie boomdijk. Betreffende moerbeiboom stond achter in de tuin aan de westzijde tegen de boomdijk aan. Als jongen van ca. 8 a 10 jaar ging ik meer dan eens de bladeren plukken voor de zijderups en ook smaakte de vrucht zeer goed. Mij is niet bekend of deze boom later door ouderdom is bezweken of dat hij bij de stormvloed van 1 februari 1953 is vergaan, in ieder geval is er momenteel geen moerbeiboom meer bij de Zuidwatering te Ritthem. Is het niet mooi, dat één verhaaltje over de moerbeibomen op Walcheren zoveel aardige reacties hebben opgeleverd? EEN TIP: 'Moerbeien op brandewien! Stikiekker!' C.I.v.N J.L.v.L. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1979 | | pagina 23