DE VEERSE WEG De wegen op walcheren waren voor de oorlog zeer bekoorlijk. Na het leggen van een ringdijk ontstond uiteraard een intensieve bewoning en het onderling verkeer nam zijn weg over de slingerende kreekruggen daar deze hoger lagen boven het grondwater en als zavelgronden goed doorlaatbaar waren. De bebouwing ontstond uiteraard aan de wegen op de hoge kreekruggen. De wegen waren rijk aan afwisseling door de vele boerderijen met ruime erfbeplanting van imposante olmen, met hun bolle vormen een toonbeeld van welvaart, overal een hofweide met kleinvee, een boomgaard en 'troenken' met hakhout. De wegen slingerden prachtig door het landschap, omzoomd met open beplanting van hakhout op lage knotbomen. De weinig fraaie Veerse weg was een uitzondering: Kaarsrecht, eentonig, zonder boerderijen behoudens een klein plukje halverwege, weinig hakhout en slechts een rijenbeplanting van abeel. Deze weg zou volgens overlevering door Napoleon met een militair doel zijn aangelegd en zou de eerste verharde weg ten plattenlande van Walcheren zijn. Het intrigeert om na te gaan of dit juist kan zijn. Bij raadpleging van de bodemkaart van Walcheren viel op dat door de weg 'snij- schade' aan de percelen grond is ontstaan omdat duidelijk herkenbaar zijn vele 'overhoeken' die door de weg afgesneden zijn van de oorspronkelijke kavels en aan de andere zijde van de weg zijn terecht gekomen. Bovendien blijkt uit de bodemkaart dat vrijwel alle wegen op stroomruggen zijn gelegen maar dat de Veerse weg door poelgronden loopt. Voorts blijkt uit de bodemkaart dat boerderijen langs de Veerse weg alleen aanwezig zijn bij een kruising met een kreekrug en dat de Veerse weg op de bodemkaart aangeduid is als 'Nieuwe Veersche Weg'. Nog herkenbaar is het tracee van de 'Oude Veersche Weg' van Middelburg over kreekruggen lopend tot beide wegen niet ver voor - Zandijk samenvallen. Uit dit alles blijkt dus reeds: 1. De aanleg door poelgrond, het rechte tracee en de 'overhoeken' wijzen op kunstmatige aanleg van de weg. 2. De omstandigheden van grondwaterstand, overlast van zout en wind zijn in lage poelgrond te ongunstig zowel voor houtgewas als voor boerderijbouw. Bijlage bij Bennema en Van der Meer - de Bodemkaart van Walcheren. Voor verder onderzoek dient eerst te worden nagegaan wie of welke instantie in vroegere eeuwen belast was met de zorg voor de wegen en voor de aanleg van deze nieuwe weg heeft gezorgd. C. de Waard vermeldt in zijn standaardwerk 'Inventaris van de archieven der Besturen van het eiland Walcheren 1511-1870', blz. 21 over de landwegen dat zich eerst in de 16e eeuw een streven naar ver betering hiervan openbaarde en dan nog maar zeer zwak. De overheid deed weinig meer dan de zaak over te laten aan het Polderbestuur, de steden en de partikulieren. De eerste pogingen tot verbetering waren in 1768 toen drie oc trooien voor bezanding van wegen door de Staten van Zeeland werden verleend voor 25 jaar, vervallend als een Generale Direktie van straten en wegen werd ingesteld 'zullende alsdan dit octrooi directelijk cesseren'. Het bleef echter bij goede voornemens en hiermede worden geen wegen geplaveid. Om iets meer te kunnen vinden over het tijdstip van ontstaan van de Nieuwe 7

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1981 | | pagina 9