JAARVERSLAG OVER HET JAAR 1980
VAN DE
HEEMKUNDIGE KRING WALCHEREN
dienst aan de leden en mede omdat we in een organisatorisch verband zitten en
onderling publicaties worden uitgewisseld. Er zijn ook wel verzoeken tot het
plaatsen van mededelingen afgewezen, voegde hij er aan toe.
Na de pauze vertelden onze leden F.A. Broeksma en W.P. Roose iets over hun
ervaringen bij de voorbereiding van het boek over de Veldnamen van Koudekerke
waaraan beiden een werkzaam aandeel hebben gehad.
De heer Broeksma heeft het tekenwerk voor zijn rekening genomen en we
hoorden dat het een omvangrijk werk is geweest waarbij verschillende problemen
moesten worden opgelost. Zo wilde men b.v. een oude topografische kaart laten
afdrukken, maar dat stuitte op een afwijzing van de Topografische Dienst. Ook
de kosten van het drukken van de kaarten speelde een rol. We hoorden ook dat
voor Zoutelande, Serooskerke en Biggekerke de voorbereidingen voor een boek in
een vergevorderd stadium zijn.
Behalve het veld- en tekenwerk heeft de commissie ook veel denkwerk moeten
verrichten. Het resultaat is echter een boek dat wetenschappelijk verantwoord is,
volgens Broeksma. Hij vroeg ook medewerkers om dit belangrijke werk te kunnen
voortzetten.
De heer Roose vertelde ons over het naspeuren van de veldnamen; iets dat veel tijd
kostte. Daarbij hebben de veldwerkers Wielemaker en hij ook leuke ervaringen
opgedaan. In gedachten maakte Roose met de aanwezigen enkele wandelingen
door Koudekerke, waar zo'n 2.200 percelen waren. Hij lichtte ons daarbij in over
de herkomst van de namen van percelen, wegen, paden en boerderijen, het
ontstaan en het functioneren van de z.g. dwangmolens en de plaats van de
burchten die er vroeger waren.
Beide sprekers kregen een hartelijk applaus van de zaal voor hun interessante
bijdrage. Ook de voorzitter bedankte hen en omschreef ze hen als 'twee markante
figuren en toch stille werkers'.
Omstreeks 22.30 uur sloot hij de vergadering.
C.d.O.
De bezuinigingsperikelen die ons land in het jaar 1980 begonnen bezig te houden,
hebben geen noemenswaardige invloed gehad op het ledental van onze vereniging.
Slechts een enkeling meende uit bezuinigingsoverwegingen het lidmaatschap te
moeten opzeggen. Daarentegen waren er weer velen die in het voorbije vereni
gingsjaar lid wensten te worden van de Heemkundige Kring Walcheren. Zijn we
op 1 januari 1980 gestart met 493 leden, op 1 januari 1981 waren dat er 566. Dit
laatste getal zal niet geheel de werkelijkheid weergeven, daar er elk jaar weer een
aantal leden is, dat over het vorig jaar hun contributie niet heeft betaald en in het
eerste kwartaal van het volgend jaar daar nog de gelegenheid voor krijgt. Blijven
zij dan nog in gebreke, dan worden zij automatisch als lid geschrapt en moet bij
stelling van het ledental alsnog plaatsvinden. Het bestuur zou het op prijs stellen
als leden die het lidmaatschap wensen te beëindigen dit op de gebruikelijke wijze
zouden mededelen. Als ieder lid hiervan notitie neemt en zich aan de regels houdt,
verlicht men tevens het werk van secretaris en penningmeester.
4