HET ZANDSTROOIEN EEN MEDICIJN VAN ZAND naar hun belangrijkste elementen. Aagtekerke treft men bijvoorbeeld aan bij de -kerkenamen, Zoutelande komt voor bij de toponiemen met het bestanddeel zout. 'Wèl alfabetisch van opzet is van dr. J. de Vries het 'Woordenboek der Noord en Zuidnederlandse plaatsnamen', een Aula-pocket (nr. 85) uit 1962, niet herdrukt en sinds lang niet meer verkrijgbaar. Zoals het voorwoord vermeldt is dit boekje bedoeld voor een breed publiek: 'De leek, die iets over de plaats namen wil weten, zal hier vinden wat hij behoeft: soms een duidelijk ant woord, soms een aarzelen tussen verschillende mogelijkheden, soms ook een bekentenis van onvermogen tot verklaring'. Aan de (wetenschappelijke) kritiek op De Vries' woordenboek gaan wij hier voorbij. Maar voor eventuele critici is er ook nog een tweedelig en zeer lijvig handboek van dr. M. Gysseling, 'Toponymisch woordenboek van België, Nederland, Luxemburg, Noord-Frankrijk en West-Duitsland (vóór 1226)' uit 1960. Hierin worden, zoals uit de titel reeds blijkt, alleen de oudere namen genoemd, mèt hun eerste vermelding. Duidelijk zal zijn dat hiermee niet alle ter beschikking staande hulpmiddelen voor het toponymisch onderzoek zijn genoemd. Wèl enkele zeer belangrijke. Tot slot past nog een waarschuwing. Er is waarschijnlijk geen terrein waarop zo velen, ook wetenschappers, zijn uitgegleden als op dat van de plaatsnaam- kunde, de toponymie. Vooral wanneer het de vertrouwde, eigen plaats- of veldnaam betreft, denken we vaak dat wij de aangewezen personen zijn om deze naam te verklaren. 'Beschouwingen over plaatsnamen -rijp en groen, vaak helaas meer groen dan rijp - kan men tot in de kleinste lokale tijdschriften vinden', zo schrijft De Vries in zijn voorwoord, en deze constatering illustreert op treffende wijze hoe gevaarlijk en vol obstakels het terrein van de toponymie kan wezen. Het blijft een vak apart! M. Schönfeld, Veldnamen in Nederland, Arnhem (Gysbers Van Loon), 1980 (herdruk 2e uitgave 1950). ISBN 90.6235.032.1. 36,50 (Bakkerstraat 7-7a, Arnhem, 085-424421). A.P. de Klerk, 15-9-1981. Het gebeurde vroeger ook in mijn geboorteplaats Barendrecht. Ik herinner het me nog uit mijn jeugdjaren. Er reden toen nog vrijwel geen auto's. Het strooien gebeurde onder toezicht van de veldwachter. Als er een ernstige zieke in de buurt was, en dat was toen vaker dan tegenwoor dig door gebrek aan de medicijnen die we nu wel hebben, zei m'n moeder: 'Ze zullen er nu wel gauw zand strooien.' Den Otter Het leek me goed een gebruik uit de tijd van de 'vêêrewaegens' -dus uit de tijd van de ratelende wielen- op papier vast te leggen. Als een inwoner van een dorp thuis ernstig ziek lag, kon de naaste familie, met een verwijzing van de arts, bij de burgerlijke gemeente aankloppen. Men 29

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1981 | | pagina 31