HOE VERDEDIG JE VLISSINGEN? voorkamer van de Seissingel R.4.c. herinner ik me nog het feest 's winters, ais de paarden van Graaf van Lynden met de arreslee moesten afgereden, rode pluimen op de koppen, met klingelklangelende bellen. Héél ver kon je ze al horen aankomen en nog lang, nadat ze voorbij waren, hoorde je ze nóg. En nu zit je, als oude man, wéér met de neus tegen de ruit - van de tijd - en luistert, of Graaf van Lynden nog niet eens wil langs komen. Getuige het werkwoord 'heulen' je meisje zoenen als je onder een heul door reed. J.C. v. Schagen Eeuwenlang sloegen de golven kapot tegen de Vlissingse zeemuur, totdat er in 1958 een brede asfaltglooiing voor werd gelegd. In de zomer van 1981 is de Boulevard weer 'gebeukt', maar nu door het geweld van de Deltawet. Met daarachter een stalen damwand is nu een ingewikkelde parapetconstructie (borstwering) achter en op de zeemuur aangebracht. Doordat hiervoor heel wat graaf- en breekwerk nodig was, kwam veel van de geschiedenis aan het daglicht. Thans is Rijkswaterstaat de opdrachtgever, de vroegere bouwheren waren Philips en Maximiliaan van Bourgondië, Napoleon en Hitier. Het bleek voor de archeologen moeilijk om uit te maken aan wie van de heren een bepaalde vondst moest worden toegeschreven. Het begon in de Middeleeuwen. De inlaagdijk, - de huidige boulevard - werd versterkt tot stadswal en de Westpoort kreeg een zware flanktoren, die we kennen als Gevangentoren. In de loop van de eeuwen was deze toren door enkele verhogingen van de stadswal als waterkering zo ver in het dijklichaam verdwenen, dat men bij de restauratie in 1965 besloot er een verdieping op te bouwen en alle venster- en deuropeningen drie meter hoger, opnieuw aan te brengen. Bij het uitgraven van de voet kwam nu het originele schietgat bloot met ca drie meter daarboven een keurige replica. 'Vlissingen, de sleutel der Nederlanden' (Karei V) Op 21 april 1548 werd aan de ingang van de haven de eerste steen gelegd voor het 'Keysersbolwerck'. De volgende jaren werd de wal tot aan de Westpoort van een vestingmuur voorzien. De muren waren, zoals bij Fort Rammekens, dat in dezelfde tijd werd gebouwd, op de waterlijn met grote blokken hard steen bekleed, met daarboven een bekleding van kleiner formaat witte arduin steen. Men houdt er rekening mee dat ook dit stuk Italiaanse vestingbouw werd ontworpen door Donati de Boni uit Bergamo. Het moet een prachtig gezicht zijn geweest: de vesting van witte natuursteen, oprijzend uit de zee, blinkend in het zonlicht. Geen wonder dat verschillende kunstenaars hebben gepoogd dit in gravures en schilderijen vast te leggen, soms als stadsgezicht, vaak door marineschilders als achtergrond van een zee gezicht. Bij de werkzaamheden kwam nog een stuk van de oorspronkelijke be kleding bloot. Rond 1580 werd het zeefront aan weerszijden verlengd. Naar het oosten met 6

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1981 | | pagina 8