DE OUDE TIJD (11) door Ing. J.A. van de Putte DE TECHNISCHE DIENST ANNO 1932 In dezelfde gebouwen, waarin zich de tramremise bevond, waren ook de mechanische werkplaats (de heer F. Kaashoek), de schilderswerkplaats en de elektrische werkplaats (de heer Steutel) gehuisvest. Nog verder het terrein opgaand, kwam men bij de kantoren van de Technische Dienst, alsmede de woonhuizen van de heren Kaashoek en Bek. In dit komplex, dat op 27 juli 1932 gereed kwam, kon men aantreffen de heer Linse, Hoofdopzichter van het Centrale- en Trambedrijf; ir. De Regt, hoofd ingenieur van de Nettendienst; ir. Beuge, hoofd van de Meterdienst, alsmede de tekenaars Louws en Ten Bruggencate. In de jaren na de oorlog 'hield' de heer De Lange er ook nog 'kantoor', als hij de scepter zwaaide over het periodieke proefdraaien van de centrale. Maar daarover later. Voorlopig vertoeven we nog in het verre verleden en aan ons geestesoog trekken vele gezichten, van toen bij de PZEM werkzamen, aan ons voorbij. In gedachten zien we op de machinevloer o.a. de machinisten J. v.d. Plasse, G.W. v.d. Weele en M. Vuijk; op de ketelbordessen ontwaren we de stokers F.A. Joziasse en C. Wielemaker, terwijl we aan het schakelbord kunnen ver wachten de heren E. Ebert, R.H. Split en J.H. Poorthuis. Weer buiten aange komen zien we hoe Kees Kervink zijn paard inspant voor de bovenleiding montagewagen, terwijl we vanuit de mechanische werkplaats Frans Kaashoek en Ko Pieterse lustig op het ijzer horen kloppen. In de remise worden enige tramstellen klaargemaakt voor vertrek. De bestuurders Bimmel en Kieboom rangeren met hun motorwagen en de conducteurs Wondergem, De Vos, Job ter Haar en Gilles de Vey controleren hun kaartjestrommels. Het gehele tafe reel werd daarbij nauwlettend gadegeslagen door een van de twee controleurs Adriaanse of Kerkhove. Deze functionarissen, welke moesten toezien op de stipte nalevering van het dienstrooster, hadden letterlijk en figuurlijk een streepje (op de mouw!) voor, terwijl ze bovendien gekleed mochten gaan in een uniform van 'lakense' stof. En terecht, want verschillen moeten er zijn! DE NACHTWACHT In 1940 kwam de oorlog over ons land. Op 10 mei vielen de Duitsers ons land binnen, op 17 mei vond een zwaar bombardement op Middelburg plaats, dat de binnenstad in de as legde. Later volgden nog luchtaanvallen op Vlissingen en op het vliegveld aan de Vlissingseweg. Het duurde niet lang of de bezetting was een feit. Op 26 juli 1940 kwam Hauptmann Heiberg van de Wehrmacht ons centrale terrein in Vlissingen verkennen. Inmiddels waren ook Duitse schildwachten verschenen, welke met het geweer over de schouder rondjes liepen met de machinist of met de schakelbordwachter. Een moeilijke tijd brak aan. De Duitsers eisten van ons dat de energievoorzie ning onverminderd doorgang zou vinden en dit ondanks de vele luchtaanvallen en beschietingen, o.a. op het aangrenzende Scheldeterrein. 26

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1983 | | pagina 28