verder te staan aan het eind van de Vlissingsestraat en in 1596 bij een nieuwe stadsuitbreiding werd ze weer iets verder opgebouwd. In de vorige eeuw werd hier het kanaal door Walcheren gegraven en moest ze voor goed het veld ruimen (1868). Verder waren er aan deze kant van de stad nog de Langevielepoort en de Segeerspoort. Al deze poorten zijn tussen de jaren 1840 en 1870 gesloopt. De enige poort die Middelburg nog heeft is de Koepoort. In 1735 werd de oude poort afgebroken en vervangen door de tegenwoordige. Deze poort is dus nog niet zo oud. Er ging ook zo goed als geen verkeer door; de weg naar buiten over de vest was alleen geschikt voor voetgangers. Oudere lezers zullen zich dat leuke bruggetje nog wel herinneren. Nu is er een grote stenen brug, maar het verkeer gaat niet door de poort maar er langs. Sehuitvlot en plein Bijna iedere poort had aan de buitenkant een sehuitvlot, waar de schuiten geladen en gelost werden. Vroeger stond Walcheren in de winter voor een deel onder water. In mijn jeugd was dat nog het geval, dan waren de lage streken een grote watervlakte. Het was vooral weiland dat onder water stond, voor bouwland was deze laaggelegen grond niet geschikt. Het stoomgemaal heeft aan deze toestand een eind gemaakt. Toen was een schuit een algemeen gebruikt vervoermiddel. De slechte wegen konden door wagens niet gebruikt worden. Door Walcheren lopen er veel watergangen en de meeste ervan komen uit op de stadsgracht (de vest) van Middelburg. Wanneer dus in de winter de lage aarden wegen niet te berijden waren, kwamen er veel boeren met hun schuit naar de markt van Middelburg. Tussen deze stad en Domburg was er zelfs een geregelde bootdienst (in Domburg is ook nog een Schuitvlotstraat, evenals in Middelburg). De meeste schuiten van Walcheren kwamen langs de (nog bestaande) Dom- burgse watergang aan bij de Langevielebrug. De naam Domburgs sehuitvlot herinnert er nog aan. Niet ver hiervandaan is het Armeniaans sehuitvlot. Ik heb al verschillende deskundigen geïnformeerd wat deze vreemde naam betekent, maar niemand heeft me een verklaring kunnen geven. Zo zag de toestand er uit aan de buitenkant van de poort, bij de schuitvlotten, waar het vooral in de winter erg druk was. Aan de binnenzijde van de stad was voor de poort doorgaans een plein. Boeren die de donderdagse markt in Middelburg bezochten, zetten daar hun wagens neer en er was altijd wel gelegenheid om daar ook de paarden te stallen. De poorten zijn verdwenen, maar de namen van de pleinen bestaan nog: Noordpoortplein en Noordpoortstraat (waar nu het ziekenhuis is), Seisplein, Vlissings wagenplein. Het was wel gemakkelijk voor de marktbezoekers en andere reizigers dat er op de poorten een klok was aangebracht, bijna niemand bezat vroeger een uurwerk. De Vlissingse poort en de Noorddampoort hadden zelfs een slaand uurwerk. Behalve het wapen der stad stond op deze Noorddampoort het beeld van de heilige Nicolaas, de patroon der kooplieden. Andere poorten hadden een beeld van Maria of Willebrord, de evangelieprediker die hier op Walcheren het 12

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1983 | | pagina 14