LAAT HET DE WETE WETEN gulden). In 1739 leverde hij de acht Régence-siervazen, die nu nog op de poort prijken (en waarvan er pas in 1744 vier betaald werden als we de stadsreke ningen mogen geloven; Unger beweert in zijn 'Monumenten' op pag. 15 dus ten onrechte dat de vazen in 1744 werden geleverd). Van Baurscheit tekende hier zelf over aan: 'De Heeren Thesauriers der stat Middelburg sijn debet aen J.P. Baurscheit voor het volgende in Zeeuws geit: 1739 28 7ber (d.i. september) gesonden aen Haer Edele hacht groote vaisen van bemtemer steen om te stellen op de Koepoort der stat Middelborg waer voor comt vijfensestig guldens per stuck dus ƒ520 '0' aen schip voeren en schip doen vant voornoemde '7' 7' aen 14 manden daer de selve sijn ingepackt '6' 14' aen tol en licent betalt '43' 3' De enige Middelburgse stadspoort die ons thans nog rest - en die momenteel o.m. het atelier van een kunstenaar herbergt - is dus naar Zuid-Nederlands ontwerp tussen 1735 en 1739 gebouwd. Bronnen en literatuur: Stadsarchief Antwerpen, Archief Insolvente Boedelskamer, inv. nrs. 2115- 2117. F. Nagtglas, Jan de Munck, stads-architect te Middelburg, Toevoegsel tot het Zeeuwsch Jaarboekje en Middelburgsche Naamwijzer 1865. H.M. Kesteloo, De stadsrekeningen van Middelburg, IX 1700-1810 (Mid delburg 1902). W.S. Unger, De monumenten van Middelburg (Maastricht 1941). Encyclopedie van Zeeland, deel I (Middelburg 1982). P.W. Sijnke In 'De Wete', 1 le jaargang nr 4 vertelde ons bestuurslid F. van den Driest ons het fijne van het spel 'Kop, lief en poeper', dat naast Slabberjan en Pot en Bure vroeger veel rond de jaarwisseling werd gespeeld. Er zullen echter wel meer spelletjes gespeeld zijn tijdens de lange winteravon den toen radio en TV nog ongekende en onbekende grootheden waren op het platteland van ons eiland. Zo zou het Pachtersspel lange tijd zeer in trek geweest zijn. Er moeten op Walcheren er toch nog wel enkelen zijn die dit spel kennen. Mijn vraag is: hoe zag het er uit, hoe en waar werd het gespeeld? Mijn belangstelling gaat dus in de eerste plaats naar bovengenoemd spel uit, maar ik zou toch ook wel graag worden ingelicht over andere spelen die tijdens die lange winteravonden werden gespeeld. Ik doe hierbij dan ook niet alleen een oproep om mij in te lichten over het Pachtspel, maar over alle andere spelen die U nog kent. Stuur mij de gegevens s.v.p., ook al denkt U, dat die al lang en overal bekend zijn. Uw secretaris, J. den Hollander 15

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1983 | | pagina 17