Brigade-Generaal 'Jumbo' Leicester naar voren met de bevelhebber van het 47e commando Phillips. Het 47e had op de eerste dag niets te doen gehad en had de nacht doorgebracht in de duinen achter ons, wachtend op het moment dat het de leiding kon overnemen, zodra we Zoutelande hadden bereikt. Dat had halverwege die nacht al moeten gebeuren, maar toen hadden we nog maar net de kustbatterij W 13 (Snabbeldorp) veroverd en stond ons hoofd er niet naar. Geen wonder dat Phillips erg ongeduldig was om aan de slag te gaan en in een niet al te best humeur was. 'Jumbo' had gezegd dat Phillips door onze linies kon trekken zodra ik mijn voorhoede kon bereiken. 'Waar zaten ze?' 'In opmars naar Zoutelande', zei ik. 'Ja, maar waar precies?' 'Misschien nu al in Zoutelande'. Er werd wat geschoten in de richting van Dan Flunders en de voorhoede. Ik riep hem op door de radio en hoorde dat hij lekker opschoot, zich naar voren werkend onder bescherming van zijn eigen vuur en dat van de mortieren van Mike Aldworth. Ik zei tegen Phillips van het 47e, dat we zo snel mogelijk in Zoutelande probeerden te komen en wanneer wij nu zouden vastlopen, zou hij precies weten waar er tegenstand werd geboren. Op één of andere manier kreeg zijn doelwaarnemingsofficier van het pantserschip Erebus het in zijn hoofd alvast met de beschieting van Zoutelande te beginnen. Een paar 37,5 cm. granaten huilden over onze hoof den en vielen mét donderend geweld rond het dorp. Ik kreeg die waarnemingsofficier te pakken en vertelde hem in krachtige taal te stoppen met die onzin. Hij bracht zo Dan Flunders met zijn troep A in gevaar en verpletterde tamelijk onnodig een dorp dat misschien niet eens door de vijand werd verdedigd. Een laatste granaat kwam over en de beschieting stop te. Wij liepen voort, achter Dan aan, gevolgd door de meeste mannen van het 47e in ganzepas, achter ons aan. Er was geen sprake van dat we de rest van het 48e nog naar voren konden brengen. Het voltooien van onze taak berustte nu alleen bij Dan Flunders en Mike. Er passeerden krijgsgevangenen, begeleid door één van de lichtgewonde soldaten van troep A. Hij vertelde dat Dan nog steeds oprukte. Dan zelf, werkte heel tactvol in radiostilte. We liepen voort. Phillips werd nu erg ongeduldig, terwijl ik zelf een nog irriterender stilzwijgen volhield. Dan kwam weer in de lucht. Hij was door Zoutelande heen en stond voor alle zekerheid op de duinen aan de andere kant van het dorp. Ik zei hem nu te stoppen en hij bevestigde die boodschap. Toen vertelde ik Phillips waar Dan was en zei dat de opmars naar Valkenisse en Dishoek nu helemaal voor het 47e commando was. Later, toen het 47e door onze linies was gegaan, ging ik verder en zag Dan Flunders in Zoutelande. Troep A had ongeveer een mijl voortgang gemaakt langs de duinen tegen versnipperde weerstand in en vond toen een pad door de beschermende mijnenvelden tot in Zoutelande en maakte zich meester van een kleine centrale versterking. Daarna gaven de meeste Duitsers zich over en troep A ging de duinen voorbij het dorp op. Alles bij elkaar hadden ze bijna 200 krijgsgevangenen gemaakt. Het was een opmerkelijk wapenfeit en een triomf voor Dan Flunders' methode. Als iemand het aandurfde op troep A te schieten, ging de hele troep plat en een paar minuten later werd de vijand uit vele verschillende richtingen beschoten, terwijl troep A voortdurend dichterbij kwam. Dan Flunders had 8

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1984 | | pagina 10