platteland, die ook rijkdom en armoede kennen, die ook lief en leed herbergen, die, evenals de woningen uit de stad, ook namen hebben. In vroeger eeuwen vooral onderscheidde men zijn huis door het een naam te geven. Nummers en wijkletters kende men niet, veelal kenden de menschen de namen der eigenaars niet eens, doch duidden zij het huis aan met zijn eigen naam. En het platteland volgde het voorbeeld, liever gezegd nam het algemeene voorbeeld over, want de eerste namen waren misschien wel die der adellijke behuizingen op het land, dat op zijn beurt denzelfden naam aan de stadswoning van den bezitter gaf. Vele namen van boerderijen zijn dan ook die, welke vroeger daar ter plaatse bestonden en overgenomen zijn, nadat het kasteel of buitenverblijf verdween - de slooperswoede der vorige eeuw heeft veel op haar geweten - of gedeeltelijk gesloopt en verder tot boerderij verbouwd werd. Zoo kennen we op Walcheren het Hof te Domburg, dat eertijds toebehoorde aan het geslacht Van Borssele; van het geslacht van der Hooge, dat zijn stamslot had bij Middelburg, het Slot ter Hooge. Het hof Swanenburg aan den Noordweg, die van Middelburg naar Domburg voert, en Clarebeek, eveneens aan dien weg gelegen, zijn er nog twee van, terwijl het hof Rijnsburg aan het vrouwenklooster Rijnsburg, bij Oost- kapelle, herinnert, en het Munnikenhof aan het groote lustverblijf der monniken van de zoo beroemde Abdij te Middelburg. Netjes geordend zooals in de stad zijn de boerderijen niet, hoewel we ze toch in kleine categorieën kunnen onderbrengen. Zoo bijvoorbeeld de boerderijen met Fransche namen, die, hoewel niet legio, dan toch in ieder geval nogal eens voorkomen. Dat naast 'Nooit Gedacht', een naam, die de verrassing van den eigenaar wel zal hebben aangeduid, toen hij tot de slotsom kwam, dat het de bruine nog kon trekken om zelf een huisje te laten bouwen, de veel 'deftiger' naam 'Jamais Pensé' voorkomt, is den bezoekers van Walcheren bekend. Doch wie zal er nu één-twee-drie snappen, dat de meest voorkomende uitspraak van deze Franschen naam ten plattelande is 'je-maaius-pensse'? Een heele rist Fransche namen komen we tegen vooral op den weg van Middelburg naar Grijpskerke en Oostkapelle, den Seisweg. Daar vindt men Molembaix, dat men hier 'molebaai' noemt, La Solitude, - vrij vertaald be- teekent dat 'eindelijk eens wat rust' - Sans Choix - de arme baas van het hof had geen andere keus toen de bazinne het hare er van gezegd had - dan ook nog La Bon Esperance. Onder Veere, bij het daarbij behoorende gehucht Zandijk, staat daar nog een dier echt ouderwetsche boerderijen met dubbele poort, en daarboven prijkt de naam La Maison de Haute Montaigne (sic) met het jaartal 1694. Het is zeker een royale boerenbehuizing geweest, hoogstwaarschijnlijk in den loop der eeuwen erg besnoeid in afmeting, want dat het een flinke hofstede moet zijn geweest, getuigt juist dit schoone poortgebouw, dat ons herinnert aan die geweldige boerderijen in Zuid-Limburg. En nu zult U vragen: 'Hoe zit dat met die haute montaigne?' Ja, wat zal ik u zeggen, de fantasie doet ook al een duit in het zakje, want overigens hebben we niet veel last van bergen in ons land, minder nog van hooge, en zeker niet in deze zoo bizonder vlakke contreien. Of het nu waar is wat booze tongen beweren, dat de eigenaar van het destijds in aanbouw zijnde hof bij zijn niet al te nuchtere thuiskomst van de Veersche kermis den vluchtheuvel achter zijn land voor een alp of zoo iets moet hebben aangezien, dat vermeldt de historie niet, de legende echter wel. En dat de nu reeds grootendeels afgegraven heuvel 23

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1985 | | pagina 25