NOG EENS: DE KOUSTEENSEDIJK Schouwen komen ze nog samen voor, de meermin en de meerman. Zij heette Ka en hij heette Ko, Kaatje en Kootje dus. Bij ons op het eiland zeggen we tegen Ko gewoon Meerman. In de geschiedenisboekjes staat dat de woedende meerman voor de kust van Schouwen schreeuwde: Westenschouwen, 't zal U rouwen. Het ontroven van mijn vrouwe. Westen- schouwen zal vergaan. De toren die zal blijven staan. Echte meermannen komen weinig meer voor. Door het aanleggen van de peilerdam in de monding van de Oosterschelde zijn ze bijna allemaal verdreven, maar in Arnemuiden leeft zijn naam Meerman nog voort. door K. Kareis In de Wete van oktober 1982 schreef ik mijn verhaal over Middelburgse oude straten: 'De Kousteensedijk herinnert aan de aanvoer van kousteen natuur steen) (koud in tegenstelling tot gebakken steen)'. Tot mijn genoegen zijn hierop reacties gekomen. In de Wete van april 1984 vraagt de heer T. Stol zich af of vernoeming heeft plaatsgevonden naar de Cauwensteinsedijk bij Antwerpen, waar in 1585 hard is gevochten tijdens het beleg van die stad door de Spanjaarden, en waar veel Zeeuwen zijn gesneuveld. Omtrent mijn verklaring schrijft hij dat hij hiervoor nergens een bevestiging kon vinden. Vervolgens vermoedt de heer J. Kleinepier in de Wete van april 1985 dat in onze straatnaam kousteen de betekenis heeft van kasseisteen, d.w.z. straat steen. Ook hij schrijft dat hij geen aanwijzingen heeft kunnen vinden voor de door mij gegeven verklaring. Gaarne vermeld ik nu mijn bron, n.l. 'De Ambachtsheerlijkheid van Oud Vlissingen en de wording van Nieuw Vlissingen' door P.K. Dommisse, archief Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1910, en daarvan met name de bladzijden 5174 en 75, plus op blz. 234 hetgeen in de stratenlijst staat vermeld bij de Noordstraat. Hieruit blijkt dat er ook in Vlissingen een Kousteensedijk was, t.w. een stuk kade aan de oostkant van de in 1908/09 gedempte achterhaven, ter plaatse waar nu het Spuiplein is, en op blz. 51, regel 5 e.v. schrijft Dommisse: 'Deze steensoort - baksteen, onderscheiden van kou(de)steen of Vilvoordsche steen, waaraan de Kousteense dijk zijn naam ontleende - gebruikte men voor het bouwen van huizen.' Helaas vermeldt Dommisse geen bron voor deze uitleg. Een punt van overeen komst met de Kousteensedijk in Middelburg is dat ook in Vlissingen de naam pas na het beleg van Antwerpen in de stukken opduikt, n.l. in 1606. Een punt van verschil is dat het in Middelburg om een nieuwe kade ging die eind 16e eeuw bebouwing kreeg, zodat pas toen behoefte aan een naam ontstond. De dijk in Vlissingen was echter de oever van een haven uit de 14e eeuw. Reeds in de 15e eeuw dwong daar het gebrek aan havenruimte tot aanleg van de huidige Vissershaven, m.a.w. de dijk is daar in de Middeleeuwen al volledig gebruikt en zal toen stellig een naam gehad hebben, die dan natuurlijk niet kan zijn ontleend aan het latere beleg van Antwerpen. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1985 | | pagina 18