komen meer rijkskweekscholen (in Middelburg in 1876) en rijksnormaallessen.
Er komt het onderscheid onderwijzers, hoofdonderwijzers en hoofden van
scholen. Het salaris gaat bedragen respectievelijk 400,600,en
800,per jaar. De leerlingenschaal wordt gedifferentieerd, maar gaat
gemiddeld 40 per onderwijzer bedragen. De pensioenen komen ten laste van
het rijk en 30% van alle onderwijskosten worden vergoed door het rijk.
De wet gaat ook aan het bijzonder onderwijs veel hogere eisen stellen, maar er
komt geen subsidie. In een toelichting op het wetsvoorstel staat uitdrukkelijk,
dat het ondersteunen van bijzondere scholen uit de publieke kas als niet
geoorloofd wordt beschouwd.
Er komt fel verzet tegen deze wet onder leiding van Abraham Kuijper en er
wordt besloten tot een volkspetitionnement. Dit petitionnement met 450.000
handtekeningen wordt aangeboden aan Koning Willem III met het verzoek het
aangenomen wetsontwerp niet te tekenen. Voor het eerst merken we in Aagte-
kerke iets van de schoolstrijd, want in de kerkeraadsvergadering van 6 juni
1878 wordt met algemene stemmen besloten om, wanneer de tijd daartoe
gekomen zal zijn, aan het volkspetitionnement, dat inzake van de conceptwet
op het lager onderwijs aan Z.M. de Koning zal worden opgezonden, deel te
nemen en gelijkgezinden daartoe op te wekken. Op 10 juli 1878 wordt te
Aagtekerke het adres aan de koning mede ondertekend. Op zaterdag 3
augustus wordt het petitionnement aangeboden op 'Het Loo' en Willem III
laat zich er niet onwelwillend over uit. Toch tekent hij de wet op 17 augustus
en ze treedt in werking op 1 november 1880. Het bijzonder onderwijs moest
nog wachten tot 1920, voordat het volledig gesubsidieerd werd (wet De Visser).
Een handwerkonderwijzeres, een kwekeling en een hulponderwijzer
Nuttig handwerken is nu een verplicht vak geworden en moet ook in Aagte
kerke gegeven worden. De raad besluit echter op 28 augustus 1880 het niet te
doen geven. GS schrijven 10 september dat het wel gegeven moet worden.
De raad besluit 22 september dat dit niet zal gebeuren. GS delen 1 oktober
mede, dat ze het raadsbesluit van 28 augustus ter vernietiging door de Kroon
zullen voordragen. GS vragen op 15 oktober aan de raad, na tussenkomst van
de minister, het raadsbesluit alsnog te veranderen voordat zij het ter vernieti
ging zullen voordragen.
De raad besluit op 29 oktober tot intrekking van het raadsbesluit van 28
augustus 1880 nr. 16a 'betreffende de omvang van het onderwijs' en op 27
november wordt een handwerkonderwijzeres gevraagd voor 100,per jaar.
Op 16 maart 1881 benoemt de raad tot onderwijzeres in nuttige handwerken
Maria Johanna de Voogd, geboren Florisse, 28 jaar, wondende te Oostkapelle
en zij aanvaardt de betrekking op 4 april.
Als de schoolopziener 15 juli 1881 op schoolbezoek komt in Aagtekerke is hij
nogal tevreden. 'Er heerst goede orde, alle leerlingen zagen er zindelijk en
helder uit, de leerlingen der hoogste klassen bewezen dat ze met vrucht het
onderwijs hadden bijgewoond. Ook het onderwijs in handwerken werd gere
geld en behoorlijk klassikaal gegeven, dit in tegenstelling tot Domburg'.
Meester Van Kamer is van plan om Jacobus van Sorgen op te leiden tot
onderwijzer. Deze wordt 'onderhouden en verzorgd' door de kerkeraad en er
worden daarom eerst inlichtingen ingewonnen bij het schoolhoofd. Alleen als
deze positief uitvallen, zal de kerkeraad besluiten gedurende twee jaar dat de
32