WINDMOLENS ^gOEWIND^. tv 3S Nee, we liepen niet met molentjes en kregen ook geen klap van een grondzeiler te pakken. Maar we werden op 23 september 1.1. goed onderlegd door een enthousiast kenner en spreker, tevens molenaar: de heer F. Weemaes uit St. Jans teen. Dat molens een duidelijke taal spreken bleek uit de grote opkomst. VREUGDE (gepavoiseerd: er is wat te vie ren) ROUW 'Hij is gepas seerd' (de deur, het slachtoffer) TIJDELIJK BUITEN BE DRIJF. (de deur is ge blokkeerd) VOOR LANGERE TIJD BUITEN BEDRIJF Onder de aanwezigen ook deskundigen: beroeps- en vrijwillige molenaars, molenaars in ruste en nazaten van molenaars. Voor de pauze werd duidelijk uiteengezet welke soorten windmolens beston den (en nog bestaan) als: standaard- en stellingmolens; boven- of binnen krui ers (kruien naar de wind zetten); wip- en paltrokmolens. En hun functie als: poldermolens, die het overtollige grondwater afvoer(d) en (in Zeeland nu verdwenen); korenmolens, waarvan nog 72 in onze provincie overgebleven zijn, waaronder 47 nog kunnen draaien. De groeven in de molensteen bepalen de kwaliteit van het meel. Verder: houtzaagmolens zoals eertijds Arnemuiden, Ritthem en Nieuwland bezaten. De 1000 nog resterende molens in Nederland vallen onder Monumen tenzorg. 6

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1988 | | pagina 8