DE HUIDIGE STAND VAN DE BOVENLICHTEN IN DE MONUMENTALE WOONHUIZEN VAN MIDDELBURG van een beeldend kunstenaar en ook de bekende tekenaar Jae. Prince heeft hier gewoond, gewerkt en inspiratie opgedaan. Jac. of Jacques Prince (eigenlijk Jacobus) kreeg vooral grote bekendheid door zijn zwart-wit tekeningen die hij voor de Provinciale Zeeuwse Courant maak te, waarbij steeds de gewone mens centraal staat. Ook staat hij bekend als de illustrator van het Woordenboek der Zeeuwse Dialecten waarbij hij soms de ingewikkeldste onderwerpen en materie op een onnavolgbare manier tot direkt herkenbare, eenvoudige vormen in het zwart/wit wist terug te brengen. En toch noemde deze man zich geen kunstenaar, maar een 'ambachtsman'. Een bescheiden trekje van een bijzonder mens, die - naast momenten van inspiratie - vaak ook momenten had dat het werk hem niet boeide. Zijn hond profiteerde daar dan van met de zoveelste stadswandeling. Van de keren dat ik hem op zo'n wandeling tegenkwam, herinner ik me, dat ik vaak dacht dat de mensen die beweren dat hond en baas op den duur op elkaar gaan lijken, gelijk hebben. Een ander verhaal is dat van schilder Calliber, die - toen hij nog een jongen was en gewoon Bram heette - via de buitenkant van de Oostkerk (die toen net in de steigers stond, omdat er gerestaureerd werd), op het dak hoog boven de grond op een avond een beginnende brand wist te blussen, die vermoedelijk ontstaan was na loodgieterswerkzaamheden. Met deze spontane daad werd hij 'de redder' van de Oostkerk. Weer een ander verhaal is dat ondanks het feit dat de officiële naam Oostkerk plein is, het gedeelte tussen de Breestraat en de Verwerijstraat in de volksmond 'De Bocht van Guinee' wordt genoemd, ter onderscheiding van dit straatge deelte. De naam hiervan zal ongetwijfeld geïnspireerd zijn door de naam op een wat groter huis in dit straat-plein gedeelte met het fraaie opschrift 'De bogt van Guinëë'. Ook dit huis heeft zijn verhaal en zo zijn er tal van verhalen en kleine histories te vertellen van (gewone) dingen en zaken, die net zo goed het gezicht en de sfeer van ons heem bepalen als architecten, bouwmeesters of stadsbestuurders. door A. van Santen Bij een wandeling langs de vele monumentale woonhuizen van Middelburg - er zijn er een duizendtal - valt het op dat er weinig onder zijn zonder een bovenlicht boven de deur. Het bovenlicht is een vast bestanddeel van de deurpartij geworden nadat de gang van de woonkamer is afgescheiden. De behoefte aan licht van boven af in de donker geworden gang schiep als het ware de behoefte aan een bovenlicht. Deze benaming verdient daarom m.i. voorkeur boven andere benamingen. De typisch Zeeuwse benaming is 'puiraam', terwijl men in Vlaanderen spreekt 21

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1988 | | pagina 21