souvenirs' (bij die pelgrimstochten moet onderscheid gemaakt worden tussen
vrijwillige, uit vrome religieuse motieven ondernomen tochten - b.v. om de
hulp van een bepaalde heilige in te roepen of als dank voor genezing of redding
of 'om dichter bij God te komen' - en strafbedevaarten als boetedoening door
een veroordeelde), 'Zeeuwse pelgrimstochten' (als straf werden Zeeuwse
middeleeuwers vaak naar De Drie Koningen in Keulen en het Mariaheiligdom
te Einsiedeln gezonden; in de Zeeuwse klei werden veel pelgrimstekens van de
Heilige Adrianus in Geraardsbergen aangetroffen, een heiligdom dat dus druk
door onze voorouders gefrequenteerd werd).
'De archeologische context van de Zeeuwse vondsten' (op Walcheren werden
insignes gevonden in Westkapelle (1), Veere (1), Arnemuiden (2) en Middel
burg (37, voornamelijk in de Geere). In hoofdstuk IV ('In Zeeland gevonden
pelgrimstekens en andere bedevaartsouvenirs') wordt een overzicht gegeven
van de 713 middeleeuwse pelgrimstekens uit 22 collecties, waarbij m.n. opvalt
dat er zeer veel (600!) in Nieuwlande in het verdronken land van Zuid-Beve
land zijn gevonden. Het tweede deel van het boek bestaat uit een catalogus,
waarin 114 representatieve pelgrimsinsignes, met foto's, naar de plaats van
herkomst worden beschreven.
Als afsluiting zijn noten, literatuuropgaven, een verantwoording en registers
opgenomen (blz. 143-152).
'Heiligen uit de modder' valt in positieve zin op temidden van de vloed van
publicaties en manifestaties, die de laatste jaren over ons zijn uitgestort in het
kader van een heroplevende belangstelling voor de middeleeuwen. Een trend
die overigens al weer over z'n hoogtepunt heen lijkt te zijn.
Een stroper jaagt voor de voet... De stropersherinneringen van Piet Polder
man, bewerkt en ingeleid door Jan Zwemer, Middelburg, Fanoy Boeken,
1987 14,90).
R.M. van Heeringen, A.M. Koldeweij en A.A.G. Gaalman, Heiligen uit
de modder. In Zeeland gevonden pelgrimstekens, Zutphen, De Walburg
Pers, 1987 (ƒ25,—).
MIDDELBURG
Wanneer men de gestaag voortkabbelende stroom van publicaties over
Zeeland in al zijn facetten aan zich laat voorbij trekken, is men aangenaam
verrast 'Middelburg' van Peter Sijnke en Wim Riemens in handen te krijgen.
De auteurs noemen het een 'drieluik', een goede benaming voor de uitgave, die
uit drie afzonderlijke, toch met elkaar samenhangende delen bestaat.
Het eerste deel is het boekje met de tekst van de hand van Peter Sijnke,
gemeentearchivaris van Middelburg. Hij putte hiervoor gedeeltelijk uit zijn
'archiefsprokkels', korte verhalen die tussen maart '85 en maart '87 in de
Faam-Scheldebode verschenen. Hij werkte ze zo nodig bij en actualiseerde ze.
Waar nodig werden eerder en later verschenen artikelen toegevoegd. Alleen de
inleiding is niet eerder in druk verschenen en het laatste hoofdstuk Vlissingen-
Middelburg werd speciaal voor dit boek geschreven.
Sijnke schrijft in een eigen stijl: het zijn korte, afgeronde, duidelijke verhalen,
zonder franje en begrijpelijk. Hij is een geboren verteller: geschiedenis moet
uit verhalen komen, verhalen, die oproepen hoe het was en daarin slaagt hij
volkomen. Door de keuze van onderwerpen, de korte, gedegen verwerking,
heeft Sijnke van dit tekstgedeelte eigenlijk een soort 'mini-naslagwerk'
gewrocht.
34