Het komt in de Gasthuiskerk in Middelburg tot een verzoening op de Synode
van de Christelijk Afgescheiden Gemeenten in 1869.
Hierbij is ook een afvaardiging van de Kruisgezinden (Gereformeerde Kerk in
Nederland) uitgenodigd. Men verenigt zich dan landelijk onder de naam:
'Christelijk Gereformeerde Kerk', hoewel men zich plaatselijk Christelijk
Gereformeerde Gemeente noemt.
Helaas is van een werkelijke eenwording geen sprake te Middelburg.
Af en toe vergaderen de twee kerken gezamenlijk. Het blijven echter twee
naast elkaar bestaande gemeenten: afdeling Lange Delft en afdeling St. Pieter
straat.
De Doleantie
In de Hervormde Kerk bleef de strijd voortgaan om het behoud van de Gere
formeerde leer. Weer kwam het tot een breuk, ditmaal in 1886 in Amsterdam.
De groep die brak met de Hervormde Kerk noemde zich: Nederduitsch
Gereformeerde Kerk (doleerend). Dolerend (dit betekent klagend), over het
begane onrecht jegens hen. Zij beschouwde zich namelijk als de ware kerk en
eiste de kerkelijke goederen op, die ze niet kreeg 9).
In Middelburg volgde de Doleantie in 1887. In juli 1886 was ds. P.J.W.
Klaarhamer als Hervormd predikant naar Middelburg gekomen. Hij was een
voorvechter van de gereformeerde beginselen. Reeds in 1886 wilde hij op een
reformatie aansturen, maar de kerkeraad achtte de gemeente hier nog niet rijp
voor. Ze vond dat de gemeenteleden eerst de ogen geopend moesten worden.
Hiertoe begon ds. P.J.W. Klaarhamer in september 1886 een lidmatencate-
chesatie in een bovenzaal in de Bogardstraat. De zaal was telkens stampvol.
Men kwam niet alleen uit Middelburg, maar van heel Walcheren. Ook ge
bruikte ds. P.J.W. Klaarhamer het weekblaadje 'De Zeeuwsche Kerkbode' om
de mensen wakker te schudden. Toen hij voor het eerst optrad in de grote zaal
van het Schuttershof bevonden zich daar 1500 mensen dicht opeen gepakt en
voor velen was geen plaats 10).
8 Maart vindt de eerste kerkeraadsvergadering van de dolerende kerk te
Middelburg plaats. Aangezien er geen kerkgebouw is, wordt spoedig besloten
een kerk te bouwen aan de Bogardstraat. Dit wordt de Noorderkerk, die in
1888 al in gebruik kan worden genomen.
Ook de Christelijk Gereformeerde Gemeente (afdeling St. Pieterstraat) bouwt
een nieuwe kerk. Begin 1891 vragen enige leden om een ruimer kerkgebouw
omdat het huidige te klein is. De gemeente besluit een nieuwe kerk te bouwen.
Dit wordt de Hofpleinkerk. Men kan zich voorstellen dat het bouwen van deze
kerken heel wat financiële offers van de leden gekost heeft.
Vereniging
Al vrij snel, 1892, verenigen de Nederduitsch Gereformeerde Kerk en de
Christelijke Gereformeerde Kerk zich landelijk tot 'de Gereformeerde Kerken
in Nederland' op een gemeenschappelijke Synode in Amsterdam.
De Middelburgse kerken worden: Gereformeerde Kerk A (Gasthuiskerk),
Gereformeerde Kerk B (Hofpleinkerk) en Gereformeerde Kerk C (Noorder
kerk).
Evenals in 1869 is in Middelburg van een echte eenwording geen sprake. In
feite draagt men alleen dezelfde naam. Op sommige punten is er samen
werking, bijvoorbeeld ten aanzien van het onderwijs en de zending. In 1893
7