uit het feit dat de Algemene Nederlandse Wielrijders Bond (A.N.W.B.), waar
van de leden allang niet meer fietsen, al in een vroeg stadium Domburg op
rijks- en provinciale wegen aangeeft als rijrichting voor Noord-Walcheren e.o.
Hoe belangrijk naamsbekendheid kan zijn, blijkt uit het volgende.
Bij het uitreiken, deze zomer in Noordwijk, van de zgn. Blauwe Vlag, een
milieu-onderscheiding voor badplaatsen die hun zaakjes op het strand goed
voor elkaar hebben, aan zowel Domburg als Valkenisse, haperde de speker
zichtbaar bij het uitspreken bij de naam Valkenisse, waar hij voordien niets
dan fraaie volzinnen ten gehore had gebracht en bladerde hij in zijn onvermij
delijke notities, terwijl hij verder ging op een wat verontschuldigende toon, zo
in de trant van 'nooit van gehoord; ik weet niet waar ik het zoeken moet; ik
hoop dat mijn notities goed zijn'.
Zonder andere uitstekende badplaatsen in ons heem te kort te willen doen,
durf ik dan ook te stellen dat Domburg, misschien niet de parel is van de
Noordzee-kust, maar toch zeker uniek genoemd mag worden met een geheel
eigen sfeer. Dat een deel van deze sfeer uit vergane en uit de tijd zijnde glorie
bestaat, is helaas waar. Dit element hoort echter juist bij die sfeer en het
unieke ervan.
Als voorbeeld kunnen we het Panorama van Mesdag in Den Haag
aanhalen.Een panorama van het Scheveningen van rond de eeuwwisseling dat
behalve als spektakelstuk en kunstwerk tevens een historisch document is van
hoe een badplaats er in die tijd uitzag. Een panorama dat qua sfeer een enorme
gelijkenis vertoont met panorama-van-Domburg-vanaf-de-Hoge-Hil. Het
verschil tussen het panorama van Mesdag en dat van Domburg is, dat het eer
ste een illusie is en het Domburgse echt.
Scheveningen heeft zich verder ontwikkeld. Weinig herinnert nog aan het
Scheveningen van 1900. In Domburg lijkt de tijd stilgestaan te hebben, een
stilstand die gelijk viel met een bloeiperiode in de Europese cultuur die zelf ook
abrupt eindigde als gevolg van Wereldoorlog I.
Die Europese cultuurperiode: grote verschillen tussen rijk en arm, enorme
standsverschillen, waarbij krampachtig vastgehouden werd aan oude waar
den, maar waar als gevolg van voortschrijdende techniek, de echo van andere
tijden al vaag hoorbaar was.
De meeste Europese landen bezaten koloniën. Men kan zeggen dat het grootste
deel van de wereld geregeerd werd vanuit West-Europa. Hoewel men zou
vermoeden dat door gelijkheid van cultuur in West-Europa en grensoverschij-
dende handels- en familierelaties Europa langzaam naar een eenheid zou
groeien, bleek in de praktijk helaas het tegendeel waar. Daarbij kwam dat de
geest in zijn algemeenheid even rommelig was als de met prullaria volgepropte
kamers. Men verloor zich in talloze kleinigheden en meende dat het tijdperk o
zo goed was. Afkomst prevaleerde vaak boven bekwaamheid. De mode was
evenals de bouwkunst pompeus en overdreven en greep in vormgeving terug
op hoogtepunten uit voorgaande cultuurperioden.
Terugkijkend naar deze periode vereenzelvigen wij ons met de rijken van toen.
Alles wat zij toen deden, doen wij nu ook weer (en nog veel meer).
Terugkerend naar Domburg in deze beschouwing, zullen we ons richten op het
Badpaviljoen en zijn geschiedenis, omdat met name dit gebouw kenmerkend is
voor de gehele ontwikkeling van het Domburgse badleven. De gegevens hier
over zijn overgenomen uit het prachtige kijk- en leesboek van Jan Warners
23