PRESENTATIE 'GEELTJE' OVER MOLEN AAGTEKERKE gerestaureerd en dat levert reeds nu een imposant geheel op. In 1131 besloot Hugo van Oisy, een machtig man van een wat erg luchthartige levenswandel, zijn zonden te boeten door het stichten van een abdij. Het nabije water van de Schelde was een belangrijke factor voor de Cistercienser orde om de schenking van heer Hugo te aanvaarden. De abdij groeide uit tot een van de belangrijkste van Europa. Toen het machtig bouwwerk verviel werd het gekocht door drie herders zonder geld, die er weinig raad mee wisten en grote delen als bouwmateriaal verkochten. In heel wat huizen in de omgeving kan men tot op de huidige dag stenen uit de abdij terugvinden. In de eerste wereldoorlog werden de restanten van de abdij ernstig beschadigd. De Duitsers gebruikten de grafstenen uit de kerk voor wegverharding en slechts twee zeer fraaie exemplaren zijn nu nog te bezichtigen van de zes die er voordien waren. De 'Vrienden van de Abdij van Vaucelles' beijveren zich hier weer voor een plek voor gebed, bezinning en studie. De bijna 40 m lange, door twee rijen van zuilen geschraagde zaal, waarin de monniken samenkwamen wanneer het werk op het land en het gebed hen niet opeisten, de kelder en het auditorium, waar vader Abt dagelijks alle broeders verzamelde om hen te herinneren aan de regels van de Cistercienser orde en hen aan te moedigen tot geestelijke ijver, zijn van een allure, die zeker bijdraagt tot het door de Vrienden beoogde doel. In het auditorium verdeelde ook de prior dagelijks het werk onder de monniken. Slechts bij die gelegenheid mocht er gesproken worden, verder deden de monniken er steeds het zwijgen toe. Op weg naar onze volgende pleisterplaats in Nazareth raakte een van de chauffeurs de weg enigszins bijster. Zo kregen we een toegift en werden we tweemaal om Bergen/Mons heengevoerd, welke plaats in het geheel niet op de route lag. Een en ander werd meer dan goedgemaakt door het avondmaal dat iedereen tevreden stelde. Het laatste traject van Nazareth naar Walcheren voerde ons alweer over dat vertrouwde stukje Schelde, donker nu en vol lichtjes. We keken er misschien een beetje anders naar dan 's morgens. M.J.D.-v.H. Vrijdag 7 oktober j.l. heeft de Heemkundige Kring Walcheren in het gemeentehuis van Mariekerke het nieuwste 'geeltje' gepresenteerd aan burge meester Mr. B.J. van Putten. De plaats van handeling was uiteraard niet toevallig gekozen; de titel van het boekje verklaart alles: 'De molen van Aagtekerke'. Dat de geschiedschrijving van een molen geen eenvoudig werk is, kwam duide lijk tot uitdrukking in een korte lezing van molendeskundige bij uitstek, de heer F. Weemaes. 'Puzzelen met stukjes uit het rijksarchief, het gemeentearchief, particuliere bronnen, verhalen die bekend zijn uit de overlevering met bijna de zekerheid dat je hier en daar een stukje niet kunt vinden. Het is de verdienste van de auteurs dat ze de ontbrekende stukjes niet zelf erbij verzonnen hebben', aldus de heer Weemaes. 4

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1989 | | pagina 6