1,5 bus. Het was toen onverantwoord om met 2
bussen te gaan. Bekeken zal worden of een
succesvolle excursie voor eventuele teleurge-
stelden in het voorjaar herhaald kan worden.
De heer Luteijn merkt op dat Stad en Lande
met 2 bussen gaat en West Zeeuws Vlaanderen
met 4 (woensdag en zaterdag); die hebben ech
ter heel wat minder activiteiten dan wij.
Mevrouw Van Nieuwenhuijzen, die overigens
veel waardering heeft voor de excursies naar
België, vraagt of de rest van Nederland niet
vergeten wordt. Zulks is niet het geval. De cul
turele banden met België zijn echter sterk en de
leden gaan er bijzonder graag heen.
Suggesties voor Nederlandse excursies zijn welkom.
Mevrouw Flissebaalje vindt de nieuwe Wete
een verbetering, maar is het niet eens met het
weglaten van de auteursnamen bij de diverse
artikelen. De voorzitter deelt haar bezwaren,
maar legt uit dat dit jaar als een experimentele
periode wordt beschouwd en één en ander
nader bezien zal worden. Mevrouw Flissebaalje
wil ook graag de aankondiging van evenemen
ten op een vaste plaats. Mevrouw Rauwe deelt
namens de Redactiecommissie mee dat men de
inhoudsopgave waarom gevraagd is, dit jaar als
enige plaats voor vermelding van auteursnamen
wil houden. Een vaste plaats voor artikelen is,
bij 2-koloms opmaak en meer illustraties, moei
lijker voor de drukker; het kan niet altijd.
De heer Luteijn vraagt om een jaarindex. Het is
niet de bedoeling die nog op te nemen, nu er een
inhoudsopgave is. De heer Luteijn meent dat
het over enkele jaren lastig zal zijn zonder jaar
index oude artikelen te traceren.
Mevrouw Van Nieuwenhuijzen heeft weinig
waardering voor de artikelen die in het april
nummer 1990 over de Tweede Wereldoorlog
werden geplaatst; ze vindt ze te kinderlijk. De
voorzitter meent dat voor De Wete voor een
afwisselende formule is gekozen en de bedoelde
bijdragen een kinderlijk niveau zeker te boven
gaan.
Op verzoek van de heer Roose Sr. stelt de voor
zitter zijn mede-bestuursleden aan de vergade
ring voor, een geste waarvoor de heer Roose
hem dank zegt en de andere meteen vooral hun
werk voor de kring.
9. Verkiezing bestuursleden
Aftredend en herkiesbaar zijn:
mevrouw H.J. Kuse-ter Avest
de heer M.P. de Ridder
de heer L.D. de Vlieger
Er zijn geen tegenkandidaten aangemeld en zij
worden onder applaus herbenoemd.
10. Rondvraag
Er zijn geen vragen binnengekomen.
Mevrouw Zuidweg wil graag kwijt dat zij erg
groos is dat Walcheren zo goed gescoord heeft
tijdens de Avro-televisie-quiz, waaraan o.a.
onze voorzitter deelnam.
De vergadering is het zeer met haar eens.
11. Sluiting
De voorzitter sluit deze vlot verlopen jaarver
gadering en kondigt de pauze aan, waarna de
heer A.H. van Dijk voor ons het woord zal
voeren.
M.J. Daamen-van Houte
Vlissingen op oude prenten
Op 25 april vond eerst de jaarvergadering plaats
en na de pauze kwam de heer A.H. van Dijk aan
het woord. Als kind al hield hij meer van de
plaatjes in geschiedenisboeken dan van de tekst.
Wie plaatjes goed bekijkt, kan daaruit heel veel
lezen. Al jaren verzamelt hij plaatjes van Vlis
singen, geen ansichtkaarten die er pas omstreeks
1870 kwamen en die een aparte deskundigheid
vragen. De prenten die hij verzamelt zijn gravu
res, die er vanaf ongeveer 1550 zijn, wat jammer
is, want de ontwikkeling van Vlissingen van
plm. 1330 tot 1550 kan niet meer aan de hand
van beeldmateriaal gevolgd worden. Nieuw
Vlissingen werd immers rond 1120 gesticht; de
St. Jacobskerk is van ongeveer 1300 en ook de
eerste haven stamt uit die zelfde tijd. Veel oude
gravures zijn kopieën van eerdere exemplaren,
wat o.a. te zien is aan de fouten die meegeko-
pieerd werden.
Waarom kwamen er pas in 1550 topografische
gravures? Dit had twee redenen; de eerste een
van militaire aard. Philips II wenste kaarten en
plattegronden van de delen van zijn rijk. De
tweede is dat er rond die tijd belangstelling voor
aardrijkskunde ontstond. Steeds meer mensen
konden lezen en stelden prijs op een welgevulde
boekenkast met o.a. atlassen waarbij men zich
een verzameling plattegronden en kaarten moet
6