ARCHIEFVONDSTEN
Er zit groei in
Dat onze voorouders vroeger iets korter van
lengte waren is algemeen bekend. Maar hoe
lang waren de mensen nu eigenlijk?
De nu volgende lijst geeft de gemiddelde lengte
aan van alle jonge mannen uit de dorpen van
Walcheren, die omstreeks 1850 in militaire
dienst moesten.
Meliskerke
Grijpskerke
Koudekerke
Domburg
Oostkapelle
1,632 meter
1,634 meter
1,630 meter
1,606 meter
1,645 meter
Aagtekerke 1,635
Biggekerke 1,619
Souburg 1,588
Zoutelande 1,6541
Sint Laurens 1,581
Ritthem 1,544:
Vrouwenpolder 1,604:
Westkapelle 1,596
Serooskerke 1,595
Arnemuiden 1,560:
Nieuw- en Sint Joosland 1.640 2
Rijksarchief in Zeeland, aanwinsten 1960
nr. 17 sub 176.
L.M. Holle stelle
Predikant te Zoutelande
Bartholomeus van Houcke schijnt in 1580 zijn
ambt te St. Maartensdijk te hebben aanvaard.
De betaling daar moest geschieden uit de Diaco
niegoederen die beheerd werden door een rent
meester vanwege de Prins van Oranje.
Van betaling kwam evenwel niet veel en daarom
verliet Van Houcke, zonder behoorlijk te zijn
losgemaakt met vrouw en minstens 5 kinderen,
St. Maartensdijk en kwam op 1 augustus 1580
naar Zoutelande. Hier ontving hij prompt
betaling van zijn salaris a 66 pond gr. Vis.* en
kindertoeslag a 35 pond gr. Vis. per jaar. Verder
vrij wonen en een vergoeding voor verhuiskos
ten ten bedrage van 4 pond gr. Vis.
Nog niet lang hier zijnde moest hij verschijnen
voor de Particuliere Synode te Vlissingen om
zich te verantwoorden over zijn vertrek vanuit
St. Maartensdijk. Op de vergadering van de 21e
februari 1581 werd de volgende conclusie aan
genomen: 'dat M. Bartholomeo schuit heeft als
niet ter goeder trouwe noch ordentlijck in zijn
vertrek gehandelt te hebben en derhalve ver
plicht is den Classis van Beooster Schelt ende de
gemeente van St. Martensdijc schriftelijck doir
schultbekentenisse genoech te doene'.
Van Houcke behoefde niet meer terug te gaan,
omdat zijn vorige gemeente reeds een andere
leraar op 't oog had en niet goed voor zijn
onderhoud had gezorgd.
Op 1 augustus 1597 werd Ds Van Houcke 'mits
zijnen ouderdom van zijn dienst ontslagen'.
Er werd hem 16 pond gr. Vis. voor verhuiskos
ten uitbetaald. Waarheen hij vertrok is niet
bekend. Als emeritus-dienaar behield hij vol
salaris en toelage voor huishuur tot zijn overlij
den in 1604.
gr. Vis. groot Vlaams.
Een pond groot Vlaams is 6,
Johannes Busontius wordt vermeld in het ex
tract uit de notulen van gedeputeerde Synodi
Zelandiae over VIII.
'Joannis Bussonius, als voorengeexamineerttot
Oostcappel op den 5en Junij 1601, is totten
kerckendienst van Soutelande toegelaten'.
Volgens de rekeningen kwam hij hier en werd
betaald vanaf 1 februari 1601 als aangenomen
minister te Soutelande. In juli 1603 vertrok hij
naar Oost-Souburg en overleed daar in 1623.
Tijdens zijn werk te Zoutelande deed hij
tijdens de belegering door Albertus en Spinola
in 1602 drie maanden dienst in Oostende, dat
toentertijd onder de Classis Walcheren ressorteer
de.
H.J. Schoenmaker, Zoutelande
(wordt vervolgd)
8