van 3 gulden ouderdomsrente in de week. De allerarmsten waren aangewezen op het Burger lijk Armbestuur, den burgerlijken ermen. De uitkering was te weinig om van te leven en te veel om dood te gaan. Nu was er een lelijk oud wijf in het dorp, een soort orakel, die het be stuur van den ermen op een minder fraaie wijze typeerde. Die lui schijten niet voor 12 uur en dan is het nog dinne, zei ze dan. Als er dan iemand zei: 'Je wordt oud mens', zei ze: 'Jae, de suuker is nie mi zo zoete'. Wrange humor. Dorsen Als het graan op het land op stukken stond werd met het paard en wagen naar het dorp vervoerd en opgeslagen in de vele kleine land- bouwschuren, waar het later met de vlui (de dorsvlegel) werd gedorst. Dat ging zo door tot er ineens in de straten een fenomeen verscheen, nl. de dorsmachine van Piertje en Janus. Soms tot grote ergernis van de vrouwen, want bij een beetje wind waren de stoepen, de straten en de glinten bedekt met stof, kaf en stroresten. De klachten hadden echter op Piertje geen enkele invloed. Dorsen is nu eenmaal geen gala voorstelling zei hij dan. Uitvoeringen Er waren in het dorp nog een paar voorstel lingen die geen galavoorstellingen waren, maar in tegenstelling met de zojuist genoemde, wel erg plezierig. Dat waren de jaarlijkse uitvoe ringen van de fanfare en het dameskoor. Ze werden bij toerbeurt in de café's, Het Koffiehuis en het Kasteel van Batavia gehouden. Het muzikale gedeelte en de eenakter werden opge voerd op een klein gammel zelf opgebouwd toneeltje. Primitief maar wel erg gezellig. Opmerkelijk was dat de mannen niet bij de vrouwen zaten. De vrouwen zaten vooraan in de zaal en de mannen achteraan. Alleen de burgemeester mocht op de eerste rij tussen de vrouwen zitten. Na afloop werden de tafels aan- eengeschoven en werd er natuurlijk gezongen en ook een stevig borreltje gedronken. Vertier Het vertier in het dorp bleef echter beperkt tot deze twee uitvoeringen en de kermis. Veel gezel ligheid brachten de onderlinge verjaarsvisites waar de dorpsnieuwtjes werden uitgewisseld en waar de hele avond, ook door de mannen, alleen chocolademelk werd gedronken, bereid van zogenaamde chocoladekoekjes, die in één van de vele kleine winkeltjes, gedreven door weduwen, te koop waren. Caféleven Nu iets over het caféleven. Het café was het domein van de mannen, vrouwen kwamen er niet, alleen op de kermis. Het houden van een café was een weinig florerend bedrijf, met uit zondering dan misschien van het Kasteel van Batavia, waar nogal wat dijkwerkers kwamen als de lonen waren uitbetaald. In de andere café's kwamen in de week alleen een paar zuu- pertjes. Een paar oude mannetjes die verslaafd waren aan het borreltje. 's Zaterdagsavonds kwamen er nogal wat jonge gezellen om een kaartje te leggen of te biljarten en een ZHB-pilsje te drinken. Sommigen die niet zo goed bij kas zaten dronken lager, dat was een paar cent goedkoper. Als de gezelligheid in het café dan goed op gang begon te komen, ging plotsklaps de deur open en stond daar het gezag en was het uutjaegen. Het was 10 uur en het café moest sluiten. Het gezag, dat was veldwachter Stoel. Hij moest zorgen voor de rust en orde in het dorp. Hij moest optreden tegen alles wat niet oorbaar was in het dorp en dat was gezien het vroege sluitingsuur dikwijls heel veel. Hij moest verder letten op de stropers en jutters. Met argusogen kijken naar de baalzak die iedere Westkappelaar bij zich had als hij er op uit trok. Die baalzak was een onmisbaar attri buut. Je kon nooit weten, misschien vloog er wel eens een levend haas of konijn in die zak. En als het regende en je had niets gevonden kon hij altijd nog dienst doen als capuchon. Of er werd iets aan de zeekant gevonden dat niet bestemd was voor de strandvonder. Verder moest de veldwachter op order van de burgemeester stipt 's morgens om 9 uur post vatten bij de openbare school in de Zuidstraat om te zorgen dat de guus op tijd en ordelijk naar binnen gingen. Dan de post brengen bij de bur gemeester en dan volgde het dagelijks ceremo nieel: nog iets van Uw orders burgemeester? Nee, dank je Stoel. Stoel af. Uutjaegen Als na het uutjaegen de jonggezellen uit het café kwamen werden ze opgewacht door hun mei- sen, die al een paar uur in de Zuidstraat heen en 28

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1991 | | pagina 30