EEN GOTHISCHE STOEPPAAL IN VLISSINGEN
geschellebek
'nelken'niegelik
aerebeier
dat 't toet je beternisse kan diene
klavieren
bietebauw
sneeg
wezen
neusdoek
sloeber
in de stienkers zitte
'sanderdaegs
schelden
iedereen (dit is een alliteratie, zoals ook 'nieversten en nergesten' en 'gruwelik
engrouwelik')
arbeider
dat je ervan geleerd hebt
handen
iemand met een slecht humeur
verstandig
gelaat
zakdoek
sloddervos
bang zijn voor iets
de volgende dag
Geraadpleegde bron: Woordenboek der Zeeuwse Dialecten
F. van den Driest
Op het Bellamypark in Vlissingen werd het huis
"Bontecoe" gerestaureerd.
Op die plaats, aan de Oostzijde, begon rond
1300 langs de kade van de toenmalige Koop
manshaven de eerste bebouwing van Nieuw-Vlis-
singen.
Bij de restauratie werden de blauwstenen tegels
van de keldervloer gelicht en het bleek dat een
ervan aan de onderzijde een merkwaardig pro
fiel had van gothische ornamenten. Nu zijn
gothische vondsten in Vlissingen nogal schaars,
zodat ik fanatiek begon te zoeken naar de
oorsprong van het fragment. We hebben die
tegel zelfs in het museum tentoongesteld, dat
daar recht tegenover ligt, maar niemand wist er
raad mee.
Totdat ik in een boekwinkel in het boekje
"Stoepen" van T. Brouwer bladerde en ontdek
te dat de tegel een deel was van een gothische
stoeppaal, die was bijgehakt tot het formaat 46
bij 29 cm. Volgens het boek waren gothische stoep-
palen en fragmenten gevonden in Bloemendaal,
Hoorn en Goedereede. Enkele zijn identiek aan
mijn steen, zodat je moet aannemen, dat derge
lijke stoeppalen kant en klaar uit de steengroeves
in de Ardennen werden aangevoerd. Dat mijn
tegel ook als stoeppaal is gebruikt, bewijzen de
twee gehakte gaten aan de achterkant, waarin
ijzeren stangen met gesmolten lood zijn vastgezet.
Wat verstaan we eigenlijk onder een stoeppaal?
Veel oude huizen in het centrum van Middelburg
en Veere hebben nog een eigen stoep. In Vlis
singen zijn ze uiteraard bijna allemaal verdwe-
10
