zAk
if" r\
LAAT HET DE WETE WETEN
Q
I
WIE IETS BEWAART WIL DAT DAT BEHOUDEN BLIJFT
De heer Franke te Numansdorp vond tijdens
het opruimen van wat oude schoolspullen on
derstaande liedjes. De makers van de liedjes zijn
ons niet bekend. Kunt U ons opheldering
geven?
Melodie: "Waar de blanke top der duinen"
Westkapelle, door jouw toren,
Ben je wijd en zijd bekend,
Want zijn licht is voor de zeeman,
In de zwartste nacht present,
Westkapel', ik blijf je trouw, (bis)
Mijn lief dorp, ik hoor bij jou. (bis)
Waar de Peene, Gabriëlse,
Brasser bij dozijnen leeft,
Waar de Noorman wordt gevonden,
En de dijk veel arbeid geeft,
Ligt Westkappel, aan de kust, (bis)
Leef en werk ik er gerust, (bis)
Aagtekerke, klein maar dapper,
In het welig Walchers land,
Vruchtbaar golvend zijn jouw akkers,
Ik heb jou mijn hart verpand,
Stoer, gedegen en actief, (bis)
Aagtekerke, 'k heb je lief. (bis)
Waar de Vissers zijn getogen,
Wisse's leven bij de vleet,
Waar Agatha met haar klanken,
Menigeen genieten deed,
Daar ligt Aagtekerke klein, (bis)
Waar ik levenslang wil zijn. (bis)
ONS IDEALE OORD
(melodie: "Het lied van de IJssel")
Waar prachtig strand met bomen en met duinen
Al jarenlang de rijke badgast bond,
't Een lusthof is met boerderij en tuinen,
Ligt Domburg mooi, ons dierbaar plekje grond
Waar Passenieren en Provoosten wonen,
Ons "Zonneveld" zorgt voor de huw'lijks band.
Men gaaien schiet, daar ligt ons wonderschone.
Ons eigen Domburg aan het blonde strand.
bis
bis
Waar mannelijk te paard wordt ring gereden.
Waar geserveerd wordt op de tennisbaan.
Daar ligt ons Domburg met zijn groots verleden, I bis
Daar zijn we thuis, heeft onze wieg gestaan.
Waar bij 't Abeeltje jongelui verkeren,
Van d' Apenboom elk meisje heeft gehoord.
Het Westerduin geliefd is bij de heren.
Blijft Domburg steeds het ideale oord.
bis
Het gebeurde kort geleden. Ik ging naar een
adres waar de "totale inboedel, w.o. antiek"
blijkens een "kleintje" in de P.Z.C. te koop was.
Een alles ook nog t.e.a.b. bovendien.
Op het eerste gezicht bood de woning de
gebruikelijke aanblik: een inmiddels zeer incom
plete meubilering, opgevouwen gordijnen, aller
lei huisraad en serviesgoed op het aanrecht,
schilderijen en andere wandversiering schuin
tegen de muur, enkele vuilniszakken met "troep"
in een hoek en verder dozen, veel dozen.
Kijkend in de bovenste doos viel m'n oog gelijk
op een aardig plaatje: een meisje in klederdracht.
Het bleek de voorkant te zijn van de Gids voor
Walcheren, 1935.
Verder zoekend bleek de hele doos vol te zitten
met allerlei Walcherse heemkundige uitgaven.
De boedel-verkoper was zeer verrast door mijn
interesse. Van dat spul was het meeste de week
tevoren de container(l) ingegaan, vertelde hij.
Deze doos was toevallig vergeten; wat hem bet
rof kon ik alles zo meenemen.
Belangstellend informeerde ik of er misschien
nog oude Wete's aanwezig waren, maar die
29