Xs Onze buitenheemse excursie leidde naar het zuidwesten van België en een deel van Frans- Vlaanderen. Een zonnige zaterdag, die 26e sep tember. Zo zomers, dat het zowel bestuur als de firma Carlier ontgaan was dat de winterdienst- regeling van de veerboot reeds ingegaan was. Maar met koffie of thee-met-bolus doodden zo'n 140 heemliefhebbers de wachttijd. In leper werd haltgehouden voor een uitge breide bezichtiging o.l.v. Belgische gidsen, die ons ook op de verdere tocht begeleidden. De stad, die evenals Brugge belangrijk werd door de wolhandel en lakenindustrie, werd in de oorlog van '14-'18 volledig verwoest. "Maar met d'n eersten obus" verdween de aan het werk zijnde stadsarchitect ir. J. Cooman met de stadsplannen, aldus een der gidsen. Daardoor kon alles weer identiek herbouwd worden. Lakenhal, Belfort, de gotische Sint Maartenskathedraal, alles staat er weer in volle glorie bij. Maar men ontkomt niet aan de indruk van wel "erg nieuw oud". Na haar eco nomische verval in de 17e eeuw bleef, deze grensplaats van strategisch belang. In opdracht van Lodewijk XIV versterkte vestingbouwer Vauban de stad. Zo solide dat de onderaardse gewelven de verschanste Britten genoeg be scherming boden om een tegenaanval voor te bereiden. Alleen al in de omgeving van leper kwam een half miljoen soldaten om. Van 54.896 staan de namen gegrift in de bekende Menenpoort, waar nog elke avond om 8 uur de Last Post klinkt. Ter nagedachtenis aan de Britse gesneuvelden werd de Anglicaanse St. George's Memorial Church gebouwd. Maar niet alleen de herinne ring aan de Eerste Wereldoorlog had ons hier heen gebracht. Na de lunch volgde een lange, maar schitteren de tocht door het agrarische heuvelland met Belgische "toppen" als de Kemmelbergen Rode- berg en aan de Franse kant de Zwartebergen de Catsberg. Op de laatste bevindt zich een Bene dictijner klooster waar nog jonge monniken in treden. De talrijke kapelletjes gewijd aan Onze Lieve Vrouwe, haar blauwe en witte kleuren steeds terugkerend in de boerderijen en de (nu lege) hopstaken, dat alles toonde duidelijk het verschil met onze Walcherse dreven. In deze omgeving werd de eerste hagepreek gehouden, in Steenvoorde begon in 1566 de Beeldenstorm. Wat ook opvalt, is de bekendheid hier met de (voor ons moeilijk verstaanbare) Vlaamse taal, wat blijkt uit opschriften, familienamen en graf schriften. Ook al heeft Frankrijk geprobeerd het Vlaams van de scholen te weren. De belang stelling ervoor is weer groeiende. Vaak een noodzaak, omdat de geringe welvaart in deze grensstreek de mensen dwingt in Belgisch- Vlaanderen werk te zoeken. Er was nog tijd voor een stop in Cassel. De bussen brachten ons op de 20 m hoger liggende Kasselerberg, vanwaar we een prachtig uitzicht hadden. Behalve de Belgische gidsen, herbergde een van de bussen een uitstekende Nederlandse gids. Ons bestuurslid Tiny Polderman gaf een duidelijke uiteenzetting van het ontstaan en het verloop van de Tweede Wereldoorlog. Zij wist eveneens een link te leggen tussen het oude Cassel en Zeeland', t.t.v. de gallische stam der Menapiërs werd de stad "Hoofdstad der Zeeu wen" genoemd. De komst van de Romeinen ging gepaard met het uitmoorden van deze stam. Hun naam leefde voort in de naam die aan de stad gegeven werd: "Castellum Mena- piorum". Op de terugkeer werd Sluis aange- 3

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1993 | | pagina 5