'T IS NIET ALTIJD ZOMER Halverwege de Veerseweg lag in de achttiende eeuw een buitenplaats met de wonderlijke naam 't Is niet altijd Zomer". Wellicht is deze naam uit te leggen als een ver wijt van de bewoner aan de natuur, die het hem niet vergunt om het hele jaar door te genieten van het zomerse verblijf op het platteland. Hoeveel positiever klonk dan de naam van de buitenplaats aan de andere kant van de weg: "Niet altijd Winter"1. Het buiten 't Is niet altijd Zomer" werd in 1691 gesticht door mr. Alexander de Munck (1655- 1719), een energieke persoon, die het niet ont zag om op de drassige, onwillige grond tussen de Oude-en de Nieuwe-Veerseweg een kostbare tuin aan te leggen. Over de onstuimige levensloop van deze man is al uitvoerig geschreven2. Hij schaakte in 1678 de burgemeestersdochter Henri'étte Thibaut, ge huwd met Francois Velters, en stal bij een inbraak in het huis van de echtgenoot al haar waardepapieren en geld. Het koppel vluchtte, maar werd op aandrang van de zwaar beledigde Velters achtervolgd en gegrepen. De Munck werd in 's-Gravenhage gevangen gezet. Nadat hij door de stadhouder vervolgens was vrijgesproken, keerde hij terug naar Middel burg en hervatte zijn functies in de stadsreger ing. Hij was meermalen burgemeester en boven dien, vanaf 1682, Hoogbaljuw en Rentmeester generaal van Zeeland, een van de hoogste posten in het gewestelijk bestuur. Na de dood van zijn beschermheer, koning-stadhouder Wil lem III, in 1702, werd hij door de nieuwe regen ten uit al zijn ambten ontzet. Met moeite kon hij zich handhaven als bewindhebber van de V.O.C. Weliswaar deed hij in 1704 een wanhopige poging om terug te keren in de magistraat door samen met enkele andere afgezette regenten het stadhuis te bezetten, maar na zijn ontslag heeft hij geen enkel ambt meer bekleed. Nadat de strijdende regentenpartijen zich in 1716 verzoend hadden, weigerde De Munck zelfs om nog ambtelijke functies te vervullen. Na het overlijden van Henriëtte Thibaut, met wie hij na de dood van haar echtgenoot Fran cois Velters was getrouwd, hertrouwde De Munck met Johanna Cornelia de Jonge gezegd Steengracht. Deze beide huwelijken waren fi nancieel beslist niet nadelig. Bovendien had hij de door hem in 1679 gekochte heerlijkheid van West-Souburg in 1691 voor een groot bedrag verkocht en zijn bewindhebberschap van de V.O.C. zal hem ook geen windeieren hebben gelegd. Zo had hij dus geld genoeg om van "'t Is niet altijd Zomer" een van de mooiste lusthoven van Walcheren te maken. Het was een van de eerste buitens waarbij huis en tuin tegelijk tot stand kwamen en een een heid vormden. Op de kaart van Hattinga is de aanleg goed te zien.3 Het huis, met vooruitsprin gende zijvleugels, stond op een dam in de gracht rondom de speelhof. Vanaf de Veerseweg was het bereikbaar door een lange dreef, die uit kwam op een halfrond voorplein. Aan de rijweg stond een met beelden versierd inrijhek4. Achter de omgrachte siertuin lag een tweede eiland, met een ovale kom in het midden. Links en rechts lagen sterrebossen en boomgaarden. Het ronde eiland was waarschijnlijk de mena gerie. Mattheüs Gargon noemde deze buiten plaats "een der schoonste van 't Eilant"5 en vermeldde met nadruk "de schoone Beelden, groene Wandelaaryen, aardige Bloemperken en alle uitdenkelijke Hofcieraaden"6. 11

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1993 | | pagina 13