"Plan van het Huijs ter Mee". D.W.C. Hattinga, 1750. Coll. Rijksarchief Zeeland
Evenzo komt de vorm van de uitgeschulpte
gracht rondom het eiland terug in de twee kleine
kommetjes bij het grote voorplein. Dit waren
misschien vis- of eendevijvertjes.
Naast het plein is een weiland te zien, dat
gebruikt werd als hertenbaan. Het gebouw hier
vlakbij is de orangerie, een verwarmde planten
kas. Hierin werden aloé's, sinaasappelboompjes
en andere kostbare exotische gewassen en zeld
zame Oost- en Westindische planten 's winters
opgeborgen.
Behalve het herenhuis, veranderde Daniël Tulle
ken nog meer aan de buitenplaats. Zo liet hij in
een van de sterrebosjes achter het huis een
goudviskom graven. Er werd een vijver ge
maakt aan het einde van de voorste diagonale
laan vanaf de kom. Eveneens werd een met
eiken omzoomd bassin aangelegd in een bos
tussen de ronde kom en het Walekot. Bij dit
boerderijtje werd ook een tuinmanshuis ge
bouwd10.
Al met al was 't Huys ter Mee een fraaie
buitenplaats.
Het herenhuis was bereikbaar door een lange
oprijlaan, aan de Noordweg afgesloten met een
mooi versierd hek.
De lange iepenlaan en vele diagonale door
zichten zullen een spectaculair gezicht opge
leverd hebben en het idee van een onmetelijke
ruimte hebben gegeven.
De eigenaar van dit alles, Daniel Tulleken, was
een zeer sociaal en godsdienstig man. Hij be
schermde uit Duitsland en Frankrijk gevluchte
protestanten. Hij gaf hun onderkomen in zijn
kasteel te Meliskerke en op zijn buitenplaats 't
Huys ter Mee". Ook werden er wellicht Waalse
vluchtelingen gehuisvest op het naast Ter Mee
gelegen boerderijtje 't Walekot. Volgens de
overlevering heeft dit hieraan zijn naam te dan
ken. De buitenplaats kreeg een ingang bij deze
hofstede, zodat beide met elkaar in verbinding
konden staan.
De heer Tulleken was ook een stimulator van
kunst en wetenschappen. Hij was mede-oprich
ter van het Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen en het Zeeuwsch Natuurkundig Ge-