De plaats waar een zomerverblijf aangelegd
moest worden, was van groot belang. Met name
in verband met de bereikbaarheid, maar ook
omdat men met de buitenplaats zijn status en
rijkdom wilde tonen, althans in vele gevallen.
Een plaats aan een belangrijke weg was voor
beide doeleinden de ideale lokatie; de Straatweg
van Middelburg naar Vlissingen. de Segeersweg
en de Noordweg waren populair. Aan de laatste
lagen verreweg de meeste buitenplaatsen, over
de hele lengte van de weg van Middelburg tot
voorbij Domburg.
Wat de verspreiding van de buitens op Walche
ren betreft, valt verder op, dat er een concen
tratie van zomerverblijven was aan de noord
rand van het eiland. Deze gebieden lagen wat
hoger en bleven dus in de winter, wanneer
Walcheren bijna helemaal blank stond, droog.
Verder was de grond betrekkelijk waardeloos
voor de landbouw en daardoor goedkoop, en er
liep een belangrijke weg vlak langs de duinen.
De al aanwezige bossen zorgden ervoor, dat de
investeringskosten in de aanplant van een park
wat minder hoog uitvielen.
In deze streek, vlak achter de duinen, werd in
het begin van de achttiende eeuw de buiten
plaats Duinvliet aangelegd. EI et nog bestaande
zeventiende-eeuwse eilandje werd vergroot en
er werd een huis op gebouwd. Dit was zeer
eenvoudig van opzet. Het had een souterrain en
een hoofdverdieping, met daarbovenop een
zolder. De voor- en achtergevel hadden ieder
twee keer twee ramen, met een deur in het
midden. Hoe het huis er van binnen heeft
uitgezien, of hoe de indeling was, is niet bekend.
Opmerkelijk is, dat het met de achtergevel naar
de weg gekeerd stond. Dit was zeer ongebruike
lijk. De reden waarom het zo stond, is onduide
lijk.
Het voorplein was bereikbaar door twee brug
gen aan weerszijden van het eiland. Achter het
huis heeft mogelijk een klein bloementuintje of
Reconstructie van de tuinaanleg op Duinvliet. Situatie ca. 1750. Tekening M. van den Broeke, 1993.
26