GESCHIEDENIS VAN DE GEBOUWEN BEHORENDE TOT DE HERVORMDE GEMEENTE TE OOST-SOUBURG ging hij uit bedelen (1903)". "Vissers en vissersvrouwen" geeft een bondige beschrijving vaneen tijdperk waar weinig "Erremue- naers" naar terug zullen verlangen. - E. van Wijk, Molens in Veere, z.p. De Zeeuwse Molen, z.j. (1993). Verkrijgbaar bij enkele boek handels te Middelburg en Goes voor 30,of door overmaking van 35,(inclusief verzend kosten) op bankrekening nummer 6822.95.604 van Zeeuws Molenfonds te Kapelle. Geen ISBN. Willeke Tydings-Nab, Vissers en vissersvrouwen van Arnemuiden 1870-1940. Goes, De Koperen Tuin, 1993 (f 49,90). ISBN 90.72138.26.0. Peter Sijnke Het Armenhuis De geschiedenis van de gebouwen in het bezit van de diakonie van de Hervormde Gemeente gaat terug tot in een ver verleden. In 1583 kreeg onze kerk haar eerste predikant in de persoon van Hendrikus Brouwerius. Deze was gekomen van Antwerpen. De notulen van de kerkeraad beginnen echter pas veertig jaar later, in 1623. Toch is er wel het een en ander bekend uit de voorgaande periode. Er is o.a. een akte van overdracht uit het jaar 1597. Hierin wordt vermeld, dat ene Neelken Heijndrix, weduwe van Bauen Bauwenszoon haar huis in eigendom overdraagt aan "Gemee- ne Armen van Ooster-Zouburg". Met dit laatste bedoelde men de diakonie. Het huis stond in de "12 gemeten blok" en er wordt nog apart bij vermeld dat het haar "eigen huisken" was. De "12 gemeten blok" was gelegen naast de burg waar nu de Paspoortstraat loopt. Aan dit eerste bezit der diakonie zijn waarschijnlijk door schenking nog enkele woningen toege voegd. De armlastigen werden gewoonlijk uitbesteed. Over dit alles is helaas weinig bekend. In 1834 is een van de woningen, die men in eigendom had, verbouwd tot Armenhuis. In 1847 werd besloten reparaties uit te voeren aan het Armenhuis. Volgens begroting tot een bedrag van 27, In dat zelfde jaar moest de diakonie bezuinigen en besloot men om o.a. voor de uitdeling van klederen een mindere stof te gebruiken. Het jaar 1847 begon met een zeer strenge winter. De diakonie besloot om de meer gegoede burgerij te verzoeken om schenkingen in natura of geld te doen. Naast een bedrag van f 3,75 van een verloting werd ook door enkele landbouwers een toezegging gedaan, nl. een half mud tarwe, vijftig musterds en vijftien kop erwten. Op de kerkeraadsvergadering van 26 februari 1859 werd besloten tot de bouw van een nieuw Armenhuis op de plaats van het oude. Er wordt een woning gekocht aan de Weststraat, waar schijnlijk gelegen naast het Armenhuis, waar door men de beschikking kreeg over een flink stuk bouwgrond (de Weststraat heet tegen woordig Paspoortstraat). De aanbesteding vond plaats op 9 mei van dat jaar. Er waren zes inschrijvingen. De hoogste inschrijving was 4298,en de laagste was 2348,van Joost Willemse van Sint Lau rens, die ook de gunning kreeg. Het nieuwe gebouw zou bestaan uit twee woonvertrekken met bakoven en keuken. De schuur kon zonodig verhuurd worden. Op 26 oktober van hetzelfde jaar vond de opening plaats, waarvan we verder weinig weten. De diakonie had in dat jaar 1500,aan inkomsten, waaronder de pacht van vier bunder en drieënnegentig roede land (wei- en zaailand), de rente van een kapitaal van 16000,en ongeveer 650,aan kollekteopbrengsten in de kerk. In 1870 was er weer een heel strenge winter. Van de ambachtsheer, Jonkheer Schorer van de Souburgen, ontvingen de diakenen negen mol ton dekens, vier boven- en elf onderrokken voor vrouwen. Van burgemeester Paspoort ontving men drieënvijftig paar wollen sokken. Dit alles voor de leniging van de ergste nood. Op 24 februari 1879 kwam op de kerkeraads vergadering de verbouwing van het Armenhuis aan de orde. Op 28 maart van datzelfde jaar werd tot verbouwing besloten, mits de totale kosten niet meer dan 300,zouden bedragen. Op diezelfde vergadering werd de weduwe De (lees verder op pag. 25) i -

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1994 | | pagina 19