De heer A.H. van Dijk uit Vlissingen
stuurde ons de volgende bijdrage
In de P.Z.C. las ik onlangs dat de kerktoren van
Zoutelande voor een half jaar in de steigers
gaat. Het metselwerk is slecht, geen wonder met
al dat overstuivende zout, en de toren moet
opnieuw gevoegd worden. Men wist niet of de
voet van de toren opnieuw werd ontgraven.
Bij de vorige restauratie is nog overwogen om
de spaarvelden in de gotische bogen opnieuw
wit te kalken, maar daar heeft men toen vanaf
gezien. Het gaf de toren wel een heel karakteris
tiek Walchers uiterlijk.
Het kwam verder alleen voor bij de torens van
Biggekerke, Meliskerke en Aagtekerke.
Mijn vraag is: wat is de reden van die witte
velden? Was het om de inwerking van het zout
op de poreuze steen te voorkomen? Of diende
De heer Everaers uit Serooskerke(W) deed ons
mede namens mevrouw Melis-Kodde uit Grijps-
kerke het volgende verzoek.
In het nummer van oktober 1991 van De Wete
is een gedicht afgedrukt van de heer Krijn Melis.
Het is een fraai jubileumgedicht voor burge
meester Van Teylingen van Oostkapelle uit het
De heer Den Hollander te Oostkapelle zond ons
de volgende vraag.
"In een verslag over een bijeenkomst met als
gespreksthema "traditionele boerentuinen in
ons land" door G. Smallegange, las ik dat het
"bakkruudje" zijn naam dankt aan het gebruik
ervan bij het vervaardigen van gebak.
Nu heb ik eens gelezen (waar weet ik niet) dat
het als baken voor de scheepvaart, zoals ook
een deel van de zeemuur van Vlissingen, boven
aan de Goosje Buskenstraat, wit was geschil
derd, de zogenaamde "witte muur".
Deskundigen konden daar geen antwoord op
geven, maar misschien weet u het antwoord?
En moeten die witte velden opnieuw aangebracht
worden? De toren van Zoutelande heeft dat
eigenlijk niet nodig, dat is toch al een juweeltje.
Misschien is het wel gegaan als met de witte
boerinnekapjes van de Walcherse dracht.
Eerst natuurlijk bedoeld om het haar te bedek
ken, maar later geëvolueerd tot een lieftallig
sieraad.
Redaktie
jaar 1921.
De heer Krijn Melis was zeer vaardig in rijm
dichten. Hun vraag is nu: wie verschafte destijds
de tekst van het afgedrukte gedicht? M.a.w.: wie
is de 'bron' van dit historisch materiaal?
Redaktie
"bakkruudje" afgeleid is van het Franse "paque-
rette" (madeliefje). Weliswaar een ander bloem
pje, maar de bloeitijd ^omstreeks Pasen
(Paques) komt wel overeen.
Graag zou ik willen weten of meer mensen deze
uitleg bekend is".
Redaktie
27