Hij was schepen en raad van Middelburg. Als
man van stand, en als zeventiende-eeuwse intel
lectueel, hield hij zich natuurlijk bezig met
kunsten en wetenschappen. Hij bezat vele boe
ken op dit gebied, die hij bij zijn dood naliet aan
de universiteit van Franeker.
Verder reisde hij veel. In Genève heeft hij enige
ontmoetingen gehad met Constantijn Huygens,
toen beiden op bezoek waren bij voorname
families daar. Deze reizen maakten vermoede
lijk deel uit van zijn "Grand Tour", een reis, die
jongelieden uit de hoogste standen toentertijd
maakten als afsluiting van hun opvoeding.
Van alle eigenaren heeft Johan Honingh het
sterkst zijn stempel op Steenhove gedrukt.
De tuinaanleg van ca. 1670 tot 1692
In de Chronyk van Zeeland van Mattheus
Smallegange uit 1696 is een grote vogelvlucht
plaat van Steenhove opgenomen6. Bij verge
lijking met de gravure in Speculum Zelanditc
valt onmiddellijk op, dat de tuin is vergroot.
Het huis is symmetrisch gemaakt en voorzien
van een hoge (verhoogde) toren. Aan de weg
sluit een hoge muur het voorplein af. Tot dit
plein wordt toegang verleend door een fraaie
stenen poort. Deze is gebouwd in de toen
gangbare klassicistische stijl en bestond moge
lijk geheel uit arduinsteen. Een nauwkeurige
afbeelding van deze poort had opgenomen
moeten worden in het boek van Van Alkemade
en Van der Schelling, maar deze tekening is
slechts in grote lijnen met potlood geschetst7.
De Chronyk geeft een beschrijving van de
buitenplaats, waarvan hier een fragment: "Dit
Lusthuis is van dezen voornoemden Edelen Ge-
strengen Heer tot den tegenwoordigen Stand
gebracht, daer in zijnde verscheide schoone
Kameren, en aensienlijke vertrecken, tot 16 in 't
getal, waer aen een seer fraeyen hoogen Tooren
gebout staet, voorsien van een treflijk Uurwerk,
slaende klok, en wijser, met de groote Klok van
3. Vogelvluchtafbeelding van de tuin van Steenhove, 1684. Gravure in de Cronyk van Zeeland. Rijksarch. Zld.
Zei. III. 2:165.
6