HERINNERINGEN AAN '44 - '45 Bij laag water raapten we de vissen op, die in de kamers in een dikke laag klei lagen te zieltogen. Een gedeelte diende voor de consumptie, maar emmers vol gooiden we terug in het afgaand water. Bij elke vloed zwommen er opnieuw vissen binnen, dus vissen rapen was dagelijks werk. In een weiland achter het huis, op een plaats die altijd al drassig was geweest (in betere tijden hadden we er op de plassen geschaatst), begon zeekraal te groeien. Bij eb plukten we het. Het was een heerlijke groente, die tegenwoordig als delicatesse ook in potjes te koop is. Wij konden er emmers vol van plukken. J. Weggemans-Hillebrand Ik werd geboren in 1939: het tweede kind van mijn ouders. Papa werkte op De Schelde als timmerman. Wij woonden in Vlissingen in de c Nieuwstraat, boven de timmermanswerkplaats I van de familie. Het huis was van opa Post, die met z'n vrouw op de zolderverdieping woonde. Oma was hulpbehoevend en werd verzorgd i door mijn moeder. Na het overlijden van oma c vertrok opa naar Delft, waar hij door zijn doch- r ter werd verzorgd. r Opoe en opa Faasse woonden aan de Oude 1 Vlissingseweg op Souburg. Gedurende de oor- c logsjaren schijnen we met enige regelmaat heen en weer te zijn gegaan tussen Vlissingen en 1 Oost-Souburg, maar ik herinner me niets van 1 de woning in de Nieuwstraat. c Het eerste dat ik me herinner is het huis op Souburg. Achter dat huis stortte een gedeelte 1 van een vliegtuig neer in het weiland. De rest i viel verderop bij een boerderij aan de weg naar c Ritthem. De volgende ochtend ging ik met opoe kijken, maar er was niet veel te zien voor een s klein meisje, voornamelijk benen. e De vliegtuigvleugel in het weiland achter het 2 huis was erg interessant; mijn oudere zus, die erg ondernemend was, kwam thuis met rubber i dopjes, die papa onder onze kleppers zette. 1 Kleppers waren zelfgemaakte sandalen van 1 hout met een leren riempje, dat voortdurend 1 afbrak. c Mijn zus presteerde het om op de step naar e Vlissingen te gaan om boodschappen, maar c toen er vaker gebombardeerd werd, mocht dat 1 niet meer. Toen vliegtuigen de pamfletten afwierpen waar- i in stond dat Walcheren onder water zou wor- den gezet, wilden opa en opoe niet weg. Het huis f was hun eigendom en ze waren niet van plan c eruit te gaan. Bovendien zou het wel meevallen. a Papa echter nam geen risico: hij bouwde een vervoermiddel van een houten bak met 2 fiets wielen; hierin gingen onze kleren en een warme deken. In de nacht van 10 of 11 september werd ik heel vroeg uit bed gehaald, aangekleed en in het wagentje gelegd. Mama zei later dat we om 4 uur vertrokken. Het was in ieder geval pikke donker, maar met een fantastische sterrenhe mel. Ik lag heerlijk warm en mijn arme zusje moest lopen, maar die was dan ook al bijna 10. Mijn ouders wilden naar Zuid-Beveland. Ik denk dat ze een evacuatie-adres hadden gekre gen. We moesten in ieder geval naar 's-Heerenhoek. Doordat we zo vroeg vertrokken, waren we de Duitse troepen voor, die vanuit Zeeuws-Vlaan deren via Walcheren over de Sloedam naar Zuid-Beveland en verder oostwaarts terugtrok ken. Nabij Lewedorp werd het lichter en kwa men de eerste Engelse vliegtuigen de troepen, die de Sloedam overtrokken, beschieten. Papa greep mij, mama greep mijn zus en we doken de slootkant in, waarbij papa op z'n knie viel en een gaatje in zijn goede broek kreeg. Het was zijn trouwpak nota bene! Toen het weer rustig werd gingen ze verder, maar helaas liep er telkens een wiel van het karretje, zodat ik ook moest lopen. Midden op de middag arriveerden we bij 's- Heerenhoek. Papa parkeerde zijn gezin op de dijk naar Borssele en ging op onderzoek uit. Het evacuatie-adres dat ons toegewezen was, vol deed niet aan de verwachtingen en men zag ons liever niet. Maar hij kreeg een ander adres. Teruggekomen op de dijk werd mama erop uitgestuurd en op dat adres was men bereid ons op te nemen. Het was een grote boerderij van de familie Boonman, een stuk buiten het dorp onderaan de dijk gelegen, met een boomgaardje, varkens, koeien, paarden en land. De familie was goed katholiek en bestond uit vader en 10

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1994 | | pagina 12