1966. De laatste tonnen worden de haven van Veere uitgesleept naar het betonningsvaartuig Frans Naerebout,
dat bij het Zuiderhoofd afgemeerd lag. Foto: J.J. Wisse.
wenkte: "Kom jij maar eens met me mee".
Leonard, want zo heette de zoon van burge
meester Den Beer Poortugael, moest aan de
kant van de haven gaan staan en Barend wees
naar het water. "Zie je dat water?", zei hij, "en
zie je ook hoe hoog het staat?" "Ja", knikte de
burgemeesterszoon, maar hij begreep nog niet
waar Barend naar toe wilde.
"Het is nu eb, en het water staat zo hoog als het
normaal bij vloed staat, over 6 uur is het vloed,
en als er dan niets gebeurd, zullen de vissers
boten op de Markt ronddrijven, ga jij onmid
dellijk naar je vader en vertel hem wat je
gehoord en gezien hebt."
Aldus is geschied, de burgemeester was op zijn
hoede en Barend heeft alle vissersboten gevierd,
zodat ze niet los zouden slaan als de vloed op
zijn hoogst zou zijn. Hiermee heeft hij Veere
voor een grote ramp gespaard, want de vissers
scheepjes zijn in de haven gebleven. Ook na de
ramp was Barend een der eersten die hulp kon
bieden bij het redden en evacueren van dren
kelingen. Barend is helaas niet oud geworden,
op 4 februari 1964 is hij op 60-jarige leeftijd
10
plotseling overleden. Enkele dagen later stond
het volgende artikeltje in de Provinciale Zeeuwse
Courant:
"Raad Veere herdacht overleden raadslid Ba
rend van Beveren. Tijdens een buitengewone
zitting van de gemeenteraad van Veere is woens
dagavond het heengaan van het Vrijelijstraads-
lid Barend van Beveren herdacht.
De heer Van Beveren overleed dinsdagmorgen
plotseling in zijn woning aan de Kade. Hij
bereikte de zestigjarige leeftijd.
Vrijdag zal het stoffelijk overschot van de
bekende rijkstonnenlegger en eigenaar van het
schip "Veergat" in Veere ter aarde worden
besteld.
"Dit abrupt einde valt ons zwaar, want Barend
was een raadslid dat we gaarne mochten. Het
was een man waar je op aan kon. Hij nam nooit
een blad voor de mond en dat kwalificeerde
hem als een man onder de mannen". Zo
formuleerde waarnemend burgemeesterjhr. l.F.
den Beer Poortugael het in zijn herdenkings
rede, die hij in de raadszaal uitsprak in aan
wezigheid van wethouders, raadsleden, de echt-