Collectes op zondagen brachten gemiddeld ƒ5,a 7,op. Een eigen predikant had men niet. In 1909 ontstonden spanningen binnen de kerkeraad, die zo hoog opliepen dat kerkvisi tatie nodig was. De crisis werd bezworen maar de gemeente bleef wankel. Toch zat er verandering in de lucht. Zoals reeds vermeld was Ds. Veenstra, die in zijn hart altijd Christelijk Gereformeerd was gebleven, in 1892 met het grootste deel van zijn gemeente overge gaan naar de Nederduitsche Gereformeerde kerk. Hij overleed in 1908 en zijn opvolger Ds. Pol, een echte Kuyperiaan, streefde ernaar de bestaande verschillen tussen de twee Gerefor meerde kerken te verkleinen en hen onder een noemer te brengen. Weer ontstond een scheuring: honderdvijfender tig leden van de Gereformeerde Kerk gingen in januari 1910 over naar de Christelijke Gerefor meerde Kerk. Door deze ledenaanwas ontstond dringend behoefte aan een nieuw kerkgebouw voor de Christelijke Gereformeerden. Er werd een bouwcommissie ingesteld, collecte bussen in de kerk geplaatst en een lidmaat stelde 4000,ter beschikking voor de bouw. Op 26 juli 1910 werd de grote stap gezet: voor notaris Paap te Vlissingen verschenen Joseph van Raalte en Jan Smit Arieszoon, directeuren van de N. V. Koninklijke Maatschappij de Schel de. Zij verkochten aan het eveneens aanwezige bestuur der Christelijke Gereformeerde Kerk een stuk grond aan de Kasteelstraat, hoek Lammensstraat voor 2464,In het koop contract werd o.a. bepaald, dat de kopers verplicht waren binnen één jaar een gebouw op te trekken, daar anders de terreinen "om niet" aan de Kon. Mij. de Schelde zouden terugvallen. Er moest dus vaart gezet worden achter de bouw en dat gebeurde ook: al op 9 augustus 1910 werd de (nog steeds aanwezige) eerste steen gelegd door mevrouw Potjewijd-Veenstra, dochter van de hiervoor meermalen genoemde predikant. Consulent Ds. Geels uit 's-Graven- deel verwees naar 1 Samuel 7:12, naar het EBEN HAËZER. Aan het einde van de plechtigheid zong de gemeente uit Psalm 118. Op 15 december 1910 was het weereen feestdag voor de Christelijke Gereformeerde Kerk van Vlissingen. De nieuwe kerk, die onder toezicht van architect P.S. Dijkstra (1884) was gebouwd, kon in gebruik worden genomen. Het gebouw was en is sober uitgevoerd; aan de hand van eigen waarneming volgt een korte beschrijving. Men treedt binnen via een kleine vestibule, waarna men in de eigenlijke kerk komt. Hierin staan eenvoudige groene banken, een eigen kansel, avondmaalstafel en doopvont. Op de kansel een van Ravensteinbijbel, in 1943 ge schonken door J. van Wallenburg. Geen over bodige luxe. Calvinisme in zuivere vorm. Genoeg over het interieur, terug naar de gemeente. Hoewel men dus vanaf 15 december 1910 over een echt kerkgebouw beschikte, een eigen predi kant had men nog niet. Na het uitbrengen van diverse beroepen werd op 12 november 1911 de eerste predikant B. v.d. Berg bevestigd. Onder zijn leiding stabiliseerde de gemeente, terwijl in die dagen uit een afscheidingsbewe ging te Zaamslag ook een Christelijke Gerefor meerde Kerk ontstond. Bij de totstandkoming daarvan leverde Ds. Van den Berg uit Vlis singen een levendig aandeel. Nadat Ds. Van den Berg Vlissingen eind 1915 had verlaten, kwam de gemeente onder zijn opvolger, Ds. Croes(sedert 17november 1918), tot bijzondere bloei, ook in financieel opzicht. Op 11 mei 1920 werd een door de firma Stan daard te Rotterdam gebouwd orgel in gebruik genomen, waarvoor men met centen en dubbel tjes 1000,bijeen had gebracht en waarvoor een gemeentelid 1000,had geschonken. Verder kocht men in die periode een huis in de Scheldestraat (46) om als pastorie dienst te doen en werd de consistorie/kosterswoning naast de kerk uitgebreid met een bovenverdieping. Aan het einde van de jaren twintig namen leden van de Christelijke Gereformeerde Kerk zitting in het bestuur van de Vereniging voor Bijzonder Lager Onderwijs op Gereformeerde Grondslag. Bovendien nam men plaats in het bestuur van het ziekenhuis Bethesda. In 1928 werd een Zendingsvereniging opgericht, die de Zeeuwse Zendingsdagen organiseerde op het terrein van de Vlissingse Willem Ill-kazerne. Te memoreren valt verder dat onder leiding van de Vlissingse predikant Ds. Kleisen op 6 april 1936 een Christelijke Gereformeerde Kerk te Middelburg werd gesticht. Vlissingen fungeerde daarbij als moedergemeente. 10 Mei 1940: de fatale datum. In de eerste oorlogsdagen verlieten vele gemeenteleden de Scheldestad. Het huis van de Christelijke Gere formeerde predikant, Ds. Meijnhoudt, werd bij een bombardement beschadigd. De bewoners kwamen met de schrik vrij. Op Tweede Pinkster dag (13 mei 1940) zou vanuit de kerk aan de Kasteelstraat een dienst via de radio worden 19

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1995 | | pagina 21