Lag in de haard een driehoekig stuk hout of turf te branden, dan zou men ruzie krij gen. Evenzo als men per ongeluk zout morste. De toekomst na je trouwdag kon er roos kleurig of minder rooskleurig uitzien. Het hing ervan af hoe de trouwdag verlopen was. Deze dag moest zonder meer aan enkele voorwaarden voldaan hebben, wilde de toekomst er goed uitzien. Ten slotte moest je ervoor oppassen dat je zeker deze dag niet over een drempel struikelde en beslist niet over een drempel viel. Een slag op de tafel of een ander meubel stuk, het dubbel slaan van een klok en het plotseling opengaan van een deur bete kenden dat er spoedig iemand van de afwezige familie zou sterven. Wanneer de spiegel onverwachts een Een Walcherse bruiloft rond 1874, gravure naar Adolf Dillens (uit: J. Vader, Een Oud- Walcherse boerderij, 1979) eerste was het een gunstig teken als het weer mooi was. Ten tweede moest het paard dat voor de veerwagen van het bruidspaar stond, gewillig zijn. Ten derde moesten tijdens deze rit niet te veel kras sende vogels zoals roeken, kraaien en kauwen te zien en te horen zijn. En ten barst vertoonde, als iemand 's morgens een lichte neusbloeding had of als er aan een brandende kaars een opgerolde vet- rand kwam te zitten, dan zou er binnenkort iemand van de familie sterven. Was bij het afleggen van een lijk het lichaam nog niet verstijfd, dan zou weldra nog iemand van de familie overlijden. En ook wanneer een begrafenisstoet voor een woning stilstond, zou er binnenkort in dat huis iemand doodgaan.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1996 | | pagina 16