f rür n?
,3ÊËÊ>M:
pÉl|^É&
mm W*
y
De Breeweg omstreeks 1900 (foto Zeeuws
Documentatiecentrum)
er naast lag. Een Italiaan die op 15 juli
1529 met paard en wagen een rit over
Walcheren maakte, schreef dat er nauwe
lijks een weg begaanbaar was. Terwijl het
toch hartje zomer was!
In 1679 gaven de Staten van Zeeland een
'placaat' uit. Hierin werden de eigenaren of
gebruikers van percelen die aan 's Heren
wegen, wegelingen of bermen grensden,
verplicht de sloten te delven en het slik op
de wegen te gooien. Hierdoor kwamen ze
hoger te liggen.
Mattheus Smallegange beschrijft in zijn
Cronyk van Zeeland (1696): 'De wegen
zijn outs binnen dit Eiland (Walcheren)
seer smal gemaekt geweest, om de waer-
dye en dierbaerheit van 't land, en die val
len ook vermits de vruchtbaerheit door-
gaens kleyachtig, en des winters onbruik
baar; behalven dat'er van de stad Middel
burg naer Oostcappel door Grijpskerk een
hooge weg loopt enz. Hierom moeten de
Landlieden, dan ten meerendeel de Ste
den door bequame Watergangen met
schuiten bezoeken: maar de wegen rond
om de duinkant zijn sandig en hard.'
In de Walcherse Arkadia (1715) van Mat
theus Gargon wordt door de hoofdperso
nen in dit boek een rijtoer over Walcheren
gemaakt. Wanneer ze de buitenplaats Kla-
renbeek aan de Noordweg even buiten
Middelburg passeren, schrijft hij: 'Deeze
weg, die u zo bekoort, was voorheen zo
moeilijk, als nu gemaklijk, en by winter- of
regenachtig weer, om het ondoordringlijk
slijk, niet te gebruiken: wie 't met paard of
wagen bezag, bleef stap op stap in den
kley-grond steken: en nauwlijks konde
men van of naar Middelburg geraken, dan
met kleine vaartuigen door enge krombog-
tige watergangen, dat zeer verdrietig viel,
en niet weinig arbeids koste.'
In het boek De Provincie Zeeland (1824)
van J. de Kanter en J. Ab Utrecht Dressel-
huis worden voor vermaak of om Zeeland
beter te leren kennen enkele routes ge
noemd. Voor Walcheren zijn dat er zeven.
De schrijvers van dit boek eindigen de
beschrijving van de routes met de lezer te
waarschuwen: 'Wij moeten echter niet ver
geten aan te merken, dat, bij veelvuldigen
regen des zomers, sommige der opgege-
vene toeren, die gedeeltelijk over kleiwe
gen gaan, niet wel mogelijk zijn.'
De weg tussen Middelburg en Vlissingen
was de eerste weg in Zeeland die bestraat
werd. In 1466 was er al sprake van een
'strate' van het kasteel te West-Souburg
naar Middelburg. Het gedeelte van Sou
burg naar Vlissingen werd in 1515 en in
1540/1541 bestraat. In 1540 werd ook van